donderdag 14 juni 2012

Kamer steunt een aantal voorstellen voor een betere Jeugdzorg

12-06-2012

Iedere jeugdhulpverlener moet zich voortaan registreren in een beroepenregister. Dit voorstel kreeg vandaag steun van een meerderheid van de Tweede Kamer. ‘Hiermee komt een einde aan de rare situatie dat iedereen zich zomaar als jeugdhulpverlener kan voordoen. Een belangrijke stap op weg naar betere jeugdzorg.’ Jeugdhulpverleners moeten zich daarmee verplicht registreren in een beroepenregister. Dit betekent in de praktijk onder meer dat ze ook zullen vallen onder het tuchtrecht, waardoor ernstige misstanden harder kunnen worden aangepakt. Nog steeds ontbreekt het allerbelangrijkste: Waarheidsvinding binnen het Jeugdrecht.


De VVD wil openbaarmaking tuchtmaatregelen in de jeugdzorg

Tijdens het debat over de kwaliteit van de jeugdzorg heeft Brigitte van der Burg gepleit voor de openbaarmaking van tuchtmaatregelen in de jeugdzorg. Het is een principepunt voor de VVD dat wanneer sprake is van verwijtbaar handelen, dit openbaar wordt gemaakt. Ouders en kinderen hebben immers het recht om te weten met wie ze te maken hebben! Ze heeft daarom een motie hierover ingediend, die medeondertekend is door Dille (PVV) en Dijsselbloem (PvdA).  

Ook heeft Brigitte van der Burg tijdens dit debat gepleit dat niet geregistreerde hulpverleners ook aangepakt kunnen worden als er sprake is van verwijtbaar handelen. Daarover heeft ze ook een motie ingediend. Deze is hier te lezen. De inhoud van beide moties is hier te lezen.

Motie van Dille, van der Burg en Dijsselbloem

Motie ingediend door het lid Van der Burg (VVD) bij VAO Kwaliteit van de Jeugdzorg / Macht van de gezinsvoogd

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de staatssecretaris van VWS voornemens is tuchtmaatregelen in het nieuw in te voeren tuchtrecht in de jeugdzorg slechts geanonimiseerd openbaar te maken,

constaterende, dat ten aanzien van de individuele gezondheidszorg juist overgegaan wordt tot het niet geanonimiseerd openbaar maken van genomen tuchtmaatregelen – met uitzondering van de waarschuwing – in het daarbij behorende BIG-register,

overwegende, dat met een niet geanonimiseerde openbaarmaking een aantal belangrijke verbeteringen worden gerealiseerd, waaronder transparantie voor de cliënt ten aanzien van het functioneren van beroepsbeoefenaren, verzoekt de regering tuchtmaatregelen in de jeugdzorg – behalve de waarschuwing – niet geanonimiseerd openbaar te maken conform de gekozen uitwerking in de individuele gezondheidszorg en het bijbehorende BIG-register, verzoekt de regering tuchtmaatregelen in de jeugdzorg – behalve de waarschuwing – niet geanonimiseerd openbaar te maken conform de gekozen uitwerking in de individuele gezondheidszorg en het bijbehorende BIG-register,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Burg
Dille
Dijsselbloem


Stemmingen Kwaliteit van de Jeugdzorg

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de kwaliteit van de Jeugdzorg/macht van de gezinsvoogd,

De motie-Van der Burg c.s. over tuchtmaatregelen in de jeugdzorg (31839, nr. 208);

De motie-Van der Burg/Dille over de toegevoegde waarde van strafbepalingen (31839, nr. 209);

De motie-Kooiman/Dijsselbloem over de kosten van scholing van jeugdzorgwerkers (31839, nr. 210);

De motie-Kooiman/Dijsselbloem over registratie van jeugdzorgwerkers in een beroepregister (31839, nr. 211);

De motie-Dijsselbloem/Kooiman over professionalisering van de jeugdzorg (31839, nr. 212);

De motie-Dijsselbloem/Kooiman over verplichte bij- en nascholing voor werkenden in de jeugdzorg (31839, nr. 213).

(Zie vergadering van 6 juni 2012.)

Stemming in de Tweede Kamer

In stemming komt de motie-Van der Burg c.s. (31839, nr. 208). Tuchtmaatregelen in de jeugdzorg.
De voorzitter: Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Burg/Dille (31839, nr. 209). Toegevoegde waarde van strafbepalingen.
De voorzitter: Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, de ChristenUnie, de PVV en het lid Brinkman voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kooiman/Dijsselbloem (31839, nr. 210). Kosten scholing jeugdzorgmedewerkers.
De voorzitter: Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, de SGP en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kooiman/Dijsselbloem (31839, nr. 211). Registratie van jeugdzorgmedewerkers in een beroepsregister.
De voorzitter: Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA, de PVV en het lid Brinkman voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dijsselbloem/Kooiman (31839, nr. 212). Professionalisering in de jeugdzorg.
De voorzitter: Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dijsselbloem/Kooiman (31839, nr. 213). Verplichte bij- en nascholing  voor werkenden in de jeugdzorg.
De voorzitter: Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

3 opmerkingen:

  1. Gaat over particuliere jeugdzorg !!! Helaas veranderd dus niks bij BJZ instellingen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Kamervragen nr 97:

    Hoe kunnen de gemeenten invloed uitoefenen op de omvang en soort hulpverlening die geboden wordt in het niet-vrijwillige kader? Klopt het dat de omvang en soort hulpverlening door Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming en de rechter worden bepaald zonder enige betrokkenheid en invloed van de gemeenten? Indien dit niet klopt, kan de staatssecretaris dan aangegeven hoe het wel gaat lopen in de praktijk en waar de gemeente als verantwoordelijke partij voor het bieden van integrale jeugdzorg betrokken is en invloed kan uitoefenen? Indien dit wel klopt, hoe kan de gemeente dan zijn verantwoordelijkheid voor de integrale jeugdzorg en de bijbehorende invulling van de vraag van kinderen en ouders waarmaken? Is niet juist één van de winstpunten van het decentraliseren van de jeugdzorg naar de gemeenten dat er dan gewerkt kan gaan worden met trajecten waar het vrijwillig kader met dwang en drang gecombineerd kan worden? Hoe kunnen gemeenten hun positie versterken in het niet-vrijwillige kader?

    Dit is nu precies waar we allemaal doodsbenauwd voor zijn!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Registratie op zichzelf zegt niets over kwaliteit.

    Je zal zien dat bij gebrek aan alternatief precies dezelfde sukkels die nu de Jz bevolken dan ineens allemaal geregistreerd zijn.

    BeantwoordenVerwijderen