dinsdag 18 oktober 2011

Pedagogische Mishandeling artikel Jolanda Clement - Medical Facts


Pedagogische Mishandeling? Nederlandse ouders ‘mishandelen’ er volgens Jeugdzorg op los

Opvoeden? We kunnen het niet meer. Althans, zo wil Jeugdzorg ons doen geloven met hun jaarcijfers. Sinds zij in 2008 begonnen met meten, is pedagogische verwaarlozing met stip de meest voorkomende vorm van ‘kindermishandeling.’ Ouders van nu schieten blijkbaar ernstig tekort. Ze stellen te weinig grenzen, verwennen kinderen, hebben geen belangstelling in hun hobby’s of zorgen voor te weinig structuur en regelmaat. 

Het zal je als ouders gezegd worden. Sta je je uit de naad te werken om niet kopje onder te gaan in de economische crisis, om te voorkomen dat baan, huis of erger in geding komt, krijg je het AMK op de stoep omdat je te weinig belangstelling hebt getoond voor de hobby’s van je kind, of omdat je een paar keer vijf minuten later was op school vanwege het verkeer. ‘Het is de medemens ontgaan dat je aandacht aan je kind besteedt en daarom zijn er zorgen gemeld.’ Te weinig grenzen stellen? Hoeveel grenzen moet je stellen voor een optimaal pedagogisch resultaat? Drie, vijf of tien? Wie bepaalt waar deze grenzen liggen? De sportleraar? De juf? De buurvrouw? Jeugdzorg? En hoe objectief is de term ‘verwennen’?

The Stepford kids


Pedagogisch verwaarloosde kinderen zouden geregeld driftbuien hebben, of juist somber of teruggetrokken zijn. En dat kan natuurlijk niet. Alle Nederlandse kinderen horen blij, opgetogen en uitermate wederkerig te zijn. 

Ze moeten niets liever doen dan buiten spelen, interactief zijn, met iedereen om kunnen gaan, lief voor hun ouders zijn en gehoorzaam aan de leerkracht.  Pietje Bel is van harte welkom in de klas, zolang zijn streken maar in de boekenkast blijven.

Ruzies moeten kinderen dezelfde dag nog oplossen. Gebeurt dat niet op school, dan is het vanzelfsprekend dat moeders elkaar opbellen om een en ander glad te strijken. Driftbuien komen natuurlijk niet voor bij niet-pedagogisch-mishandelde kinderen. En komt dat wel voor, dan heeft het kind een onzichtbaar oormerkje waarop bijvoorbeeld ADHD of PDD-NOS staat. Een discrete verstandhouding over het label maakt volwassenen duidelijk dat de gang naar het AMK niet gemaakt hoeft te worden… Het kind zit immers al in de molen en krijgt straks een pilletje.

Dolende dertigers

Van de huidige dertigers is al vastgesteld dat zij niet goed met teleurstellingen of tegenslag kunnen omgaan omdat zij zo zorgeloos zijn opgegroeid.[1] Problematiek die hoort bij een welvaartsstaat. Moeten kinderen wel zonder busje opgroeien? Wie heeft dat bedacht? Maakt dat hen tot een gelukkiger kind of een betere volwassene? En zou Femke Halsema echt iedere avond zelf Winnie de Pooh of De Kleine Prins aan haar kinderen voorlezen? Hoeveel vaders kunnen het zich als Wouter Bos veroorloven om voor het gezin te kiezen?

Het leven kent ups en downs, ieder gezin kent meer en minder ideale jaren. Dat deze periodes voor het kind ook minder prettig zijn kan iedereen zich voorstellen, maar ze zijn wel een representatieve afspiegeling van het echte leven waarop het kind voorbereid dient te worden. Vroeger noemden we dat de tropenjaren, een periode die altijd voorbij gaat. Nu maak je je al gauw schuldig aan pedagogische verwaarlozing en mag je het komen uitleggen.

Meldcultuur verhufterd

Als de overheid of Jeugdzorg van mening is dat pedagogische verwaarlozing kindermishandeling is, is het wel zaak dat zij eens uitleggen wat dit precies is. Wat zijn de mogelijke gevolgen of ‘schade’ hiervan voor de ontwikkeling van het kind? De publiekscampagne Twee ons knuffelen en drie stuks tijd is immers niet voorbijgekomen. Niemand is geïnformeerd over het Nieuwe Mishandelen. Waarom worden buren en familie opgejut tot een AMK melding? Weten zij wel wat pedagogische verwaarlozing is, of is het AMK de nieuwe locatie waar zij hun mening over de opvoeding van een ander mogen deponeren?

Deze meldcultuur die Jeugdzorg aanwakkert vergroot de verhuftering van de samenleving en het verstoort de ontwikkeling van goede zorgverhoudingen binnen de leefomgeving van het kind. Op school, in de familie, in de buurt. Verstoring van deze kleine leefomgeving is bijzonder schadelijk, omdat deze juist bijdraagt aan de ontwikkeling van het kind. Hier experimenteert het kind hoe het met anderen om moet gaan, waar grenzen liggen, wat hen geliefd maakt.

Maar een belangrijke vraag is ook: hoeveel ‘aaien over de bol’ moeten mensen hun kinderen volgens jeugdzorg geven, en waar? – op een plek waar iedereen het kan zien? Moet er constant bewijs van liefde en affectie aan onze medemens getoond worden? Dat is namelijk waar dit op uitdraait: ouders die zichtbaar gaan maken dat ze hun kinderen liefhebben om een melding te voorkomen. Van fatsoenlijke voorlichting is immers geen sprake. Het is daarnaast geen geheim dat Jeugdzorg niet aan waarheidsvinding doet en deze wetenschappelijk ongefundeerde insinuaties zijn in de rechtszaal nauwelijks te weerleggen. Door het label ‘kindermishandeling’ toe te passen op een fenomeen dat een logische ontwikkeling binnen een welvaartsstaat is die een andere aanpak behoeft, kan Jeugdzorg ongehinderd blijven turven. Een kostbare en schadelijke zaak voor de samenleving.

Lakse leraren?

Maar er schuilt ook een ander gevaar. Is er werkelijk sprake van een schadelijke vorm van verwaarlozing of worden minder ‘gemiddelde’ kinderen niet meer door beroepskrachten of de omgeving geaccepteerd? Is het gemakzucht van leerkrachten om dingen waar zij ‘de vinger niet kunnen opleggen’ zonder eigen inspanning door te sluizen naar Jeugdzorg? Een ouder vertelde eens dat zij tijdens een oudergesprek op incidenteel storend gedrag van haar zoon werd gewezen. In dezelfde zin sprak de leerkracht over ‘Jeugdzorg en begeleiding.’ De eerste reactie van de moeder was; ‘Meester, heeft u al eens in een één op één gesprek aan mijn zoon gevraagd of hij daarmee wil ophouden? Dat werkt thuis namelijk heel goed.’ De man zag scheel van verbazing en rood van schaamte. Het antwoord was nee: het was niet bij hem opgekomen. Jeugdzorg leert de samenleving om de verantwoordelijkheid bij een ander te leggen. Hoe pedagogisch verantwoord is dat?

IJdel of nobel streven?

Sommige ouders werken keihard zodat hun kinderen later naar de Universiteit of naar het onderwijs van hun keuze kunnen, sommigen denken wellicht aan zichzelf. Wie zal het zeggen? Maar als Jeugdzorg moet bepalen of de inspanningen van ouders om een welvarend bestaan op te bouwen een nobel of ijdel streven is, wordt het spannend in Nederland. Uit Brits onderzoek[2] kwam onlangs naar voren dat ruim 60% van de kinderen meer tijd met hun ouders zou willen doorbrengen. Wordt 60% van de Britse kinderen naar huidige Nederlandse maatstaven mishandeld? Dan kan het niet anders dan dat we volgend jaar wederom een spectaculaire groei van pedagogische mishandeling in de Jeugdzorgrapportage tegemoet kunnen zien. U bent alvast gewaarschuwd!

 Jolanda Clement 


@JolandaClement op Twitter


 

                   Terug naar Alle artikelen Jeugdzorg Dark horse

Geen opmerkingen:

Een reactie posten