Onze nachtmerrie
Op
18 januari 2012 begon onze nachtmerrie. Na een rustig avondje te hebben gehad, werd ik wakker door het geschreeuw van mijn
vriend.
Onze zoon van vier maanden lag blauw in bed. Op dat moment ga je op de automatische piloot: mijn
vriend belde de ambulance en ik bracht onze dochter van bijna twee naar de buren, terwijl ik ook bij hen om hulp smeekte. Mijn
vriend reanimeerde onze zoon met de begeleiding van de ambulance aan de telefoon.
Binnen
no time stond het huis vol met medisch personeel die onder andere met de
traumahelikopter waren aangekomen. Wij moesten de woning verlaten en ongeveer
20 minuten wachten. Toen kwam een ambulancebroeder ons vertellen dat ze hun
best hadden gedaan, maar ons prinsje niet meer leefde. Hij zou overleden zijn
aan wiegendood. Wij mochten niet naar onze zoon toe, er was nog een onderzoek
bezig. Het moment dat ik merkte dat er iets niet klopte was toen er twee
agenten het huis van de buurvrouw binnenstapten en mij geen moment uit het oog
verloren. Ik wilde douchen want van angst en verdriet had ik in mijn broek
geplast.
Als verdachte behandeld
Er
werd hard op de badkamerdeur gebonkt en van schrik deed ik open. "Wat doe je,
waar is je kleding, jij mag niet douchen !!!" Ze pakten mijn vuile kleding en
stopte het in een papieren zak. Langzaam begon het door te dringen dat ik als
verdachte behandeld werd. Ondertussen waren mijn moeder en andere familieleden
aangekomen. Toen ik de voordeur van de buurvrouw opendeed zag ik 20-25 agenten
op de galerij voor mijn woning staan, die inmiddels was afgezet met rood wit
lint. Mijn nicht kwam aanrennen en gaf mij een knuffel. We werden uit elkaar
gehaald door een agent, want wij mochten geen contact hebben in verband met DNA bewijs. Enige
uren later kwamen er twee agenten ons mededelen dat mijn vriend en ik werden
meegenomen. Wij werden verdacht van de dood op ons zoontje door schuld. Op dat
moment zakt de vloer weg onder je voeten.
De kracht om te verzetten was er niet. Ik was emotioneel helemaal op. Alles
ging aan mij voorbij. Ik was er, maar toch ook niet. Het was een nachtmerrie.
Wij liepen met de agenten mee en ik vroeg wat er met mijn dochter ging
gebeuren. Zij mocht met mijn moeder mee naar huis. Toen ik in het politiebusje zat
ging mijn telefoon over. Het was de buurvrouw. 'Een meneer' wilde mijn
dochter meenemen. Ik hoorde mijn moeder huilen en schreeuwen op de achtergrond,
toen werd de verbinding verbroken. Op het bureau werd ik in een celletje
gegooid.
Gouden tanden
Om
de paar uur werd ik naar een kamertje gebracht voor verhoor. Op de vraag waar
mijn dochter was, gaf niemand een antwoord.
Diezelfde dag ben ik in verzekering gesteld. Ik
kon alleen maar huilen, ik wilde bij mijn kinderen zijn. Ik voelde mij zo
alleen. In het verhoor werden rare dingen gezegd, zoals dat ik behoorlijk Nederlands
zou kunnen spreken (ik ben donker van huidskleur) en of ik geen gouden tanden
had? Op dat moment ben je zo verdoofd
door emoties dat je als een schaap alles volgt, doet en zegt wat er van je
gevraagd word.
Onze zoon overleden en mijn dochter naar
een pleeggezin
Vierentwintig uur nadat mijn zoon was overleden, kreeg
ik te horen dat ik naar huis mocht. Ik werd naar een kamertje gebracht en daar
was mijn vriend ook. Hij zat zonder dat ik het wist twee cellen verder en heeft mij de hele
nacht horen huilen. Een mevrouw vertelde dat alle onderzoeken gedaan waren en
dat de doodsoorzaak op wiegendood is vastgesteld. Wij werden naar mijn moeder
gebracht. Na vierentwintig uur eenzaamheid en verscheurende verdriet, kon ik
bij mijn familie zijn. Mijn moeder vertelde dat toen wij weg waren, jeugdzorg
mijn dochter had meegenomen.
We hebben toen gebeld naar de politie en jeugdzorg. Jeugdzorg vertelde dat mij
dat mijn dochter door een pleegmoeder was opgevangen. Zij hadden dus tegen mijn
moeder gezegd dat mijn moeder niet gescreend kon worden, omdat het na vijf uur was op een vrijdag en dat daarom mijn
dochter niet met haar mee mocht naar huis. Jeugdzorg vertelde mij ook dat het
weekend was en dat maandag pas alles geregeld kon worden.
Het weekend was verschrikkelijk. Mijn zoon overleden en mijn dochter bij
vreemde mensen....Ik had verwacht dat ze maandagochtend op de stoep zou staan.
In plaats daarvan kwamen er twee jeugdzorgmedewerkers. Zij vertelde mij dat ze
mijn dochter nog even bij ons weg zouden houden zodat wij alle tijd hadden om
de begrafenis te regelen. Gelukkig had ik inmiddels mijn advocaat gesproken. Op
zijn advies vroeg ik of Bureau Jeugdzorg een bevel van de kinderrechter had.
Vrijwillig?
Ze
begonnen te hakelen en stotteren .... en toen kregen wij als antwoord:
'maar het is vrijwillig dat zij in een pleeggezin zit'. Op de vraag wie daarvoor
toestemming had gegeven zeiden ze dat mijn vriend dat op het politiebureau had
gedaan. Dit was niet waar. Op papier is mijn vriend trouwens nergens aangegeven
als vader. Ik heb de volledige voogdij. Hij zou dus niet eens toestemming
kunnen geven hiervoor. Wij gingen daar dan ook tegenin, maar ja het viel niet
meer terug te draaien. Zij bleven aandringen dat wij rust nodig hadden en dat
het beter was zo en tijdelijk. Ik eiste dat mijn dochter dezelfde dag naar huis
zou komen. Ze 'zouden kijken wat ze konden regelen'.
Jeugdzorg blijft stalken
'S avonds om zes uur werd mijn dochter naar huis gebracht. Ze had een blauwe plek
op haar gezicht en had te grote vochtige kleding aan. De dagen erna bleef
jeugdzorg mij telefonisch stalken. Ze wilden een afspraak maken. Ik heb toen
gezegd dat ik het druk had met de begrafenis en dat zij mij maar moeten mailen.
Zij hebben mij elke dag gebeld en zijn me elke dag lastig blijven vallen.
Begrafenis, politie en gesprek met de
Raad
Op
de dag van de begrafenis belde de kinderbescherming dat er een melding gedaan
was bij het AMK door jeugdzorg. Op vrijdag hebben wij mijn zoon begraven en op
maandag moesten wij op gesprek bij de Raad voor de Kinderbescherming. Ik kreeg voor het eerst rapporten
te zien van jeugdzorg vol met leugens. Onze woning was bezaaid met huisvuil, de
kinderkamer was 31 graden. Mijn zoon zag er wel heel erg klein uit voor zijn
leeftijd, mijn zoon en dochter hadden ernstige verwondingen op hun rug en de
politie trof mijn zoon op zijn buik dood in zijn bedje. Dit is later aangepast naar: zakken met huisvuil bleken gevuld te zijn met persoonlijke
eigendommen door verhuizing.
Mijn zoon was niet klein voor zijn leeftijd. Eenendertig graden was de gevoelstemperatuur van de agenten die met een temperatuur van -2 mijn woning in kwamen rennen, vuile vloeren
door iedereen die met sneeuwschoenen waren binnengekomen. Mijn vriend was onze
zoon aan het reanimeren met telefoonbegeleiding toen politie binnenkwam.
De
ernstige verwondingen bleek eczeem te zijn, iets wat bij ons in de familie zit.
Na een aantal gesprekken met de Raad kwamen zij tot de conclusie dat er niks
mis was in ons gezin en hiermee werd het afgesloten. Vier maanden later kreeg
ik een oproep van de politie. Ik mocht mijn spullen ophalen, een computer een
laptop, mijn dieetpillen, mijn fotoalbum en mijn zwangerschapsboeken hadden zij
in beslag genomen.
Geen excuses
Ook
hadden zij informatie over de doodsoorzaak: het was epilepsie. Tijdens de
aanval werd er geen sein meer naar de hersenen gegeven om adem te halen en is hij overleden.
Het
is nu bijna twee jaar geleden, maar wij hebben nog steeds de angst voor
jeugdzorg die zich als duivels over mijn dochter ontfermden en haar ontvoerd
hadden. Nooit meer zal ik vergeten hoe wij behandeld zijn als vuile criminelen.
De politie en jeugdzorg hebben nooit hun excuses aangeboden.
Nog steeds heb ik nachtmerries over mijn zoon, die onterecht in een kruis is opengesneden van buik tot borst. Zijn schedel was open gemaakt en weer scheef
dichtgenaaid. In allebei de benen een
lange snee. Blijkbaar was het mijn lot, mijn zoontje hoorde niet op aarde. Maar
jeugdzorg en de politie hebben het zoveel erger gemaakt....
S. JL