zaterdag 5 januari 2013

De nostalgie van Jeugdzorg






Met weemoed denken de jeugdzorgbestuurders  eraan terug; de tijd dat de  protesten tegen hun organisatie nog bestonden uit boze mensen met spandoeken, die met felle kreten lieten blijken zich verkeerd behandeld te voelen. Die op internet sites met beertjes en engeltjes aanlegden met  hartverscheurende liedjes , om te laten zien hoezeer ze hun kinderen misten, hopende dat menselijke wanhoop en verdriet iets bij iemand (politici?/BJz?) zou gaan losmaken.

Wat hadden ze erom gelachen die bestuurders. Wat was het makkelijk toen, om die instabiele emotionele stumpers af te serveren, met een voorgewend begrip voor deze reacties, op de vanuit professioneel oogpunt toch ‘noodzakelijke beslissingen’. Hoezeer lieten die emotionele erupties niet zien, dat alles wat de jeugdbeschermers hen voor de voeten hadden geworpen op waarheid berustte?  Deze mensen hadden zichzelf duidelijk niet in de hand, anders zouden ze wel met meer distantie en zakelijkheid hun zaak bepleiten voor de kinderrechter. Dat deden zij als jeugdbeschermers toch ook?

De AMK-tips voor onderzoekers laten een mentaliteit zien, die onder alle omstandigheden het gelijk van de jeugdbeschermers waarborgt:

‘Bedenk dat het niet makkelijk is wanneer ouders te horen krijgen dat ze het niet goed doen…’

Ze komen zelfs niet op de gedachte, om daaraan toe te voegen dat het ook niet makkelijk is voor ouders om dingen te horen over zichzelf die helemaal niet waar zijn! Nee, tranen, angst, nervositeit, boosheid, zijn allemaal signalen van schuld. En dáár hebben ze best een beetje begrip voor. ‘Moeder is zichtbaar nerveus’ stond er in het Raadsrapport. Er stond alleen niet bij wáár moeder nerveus over was. Was het de angst om door de mand te vallen als ‘slechte moeder’, of was de angst voor de volstrekte willekeurigheid waarmee jeugdbeschermers ouders beschuldigen, dan wel vrijspreken?

Maar het leven is voor de jeugdzorgbestuurders niet makkelijker geworden. Na de mislukte pogingen van gedupeerde ouders, om de sector tot meer menselijkheid te bewegen, door hen de gevolgen voor te schotelen van hun verkeerde beslissingen, begon er langzaam een beweging op gang te komen van meer inhoudelijke kritiek. Een groot hulpmiddel daarbij was het internet. Anders dan vroeger, waar een negatief bericht in de krant over het falen van jeugdzorg al na een paar dagen in de kattenbak eindigde, blijven de fouten en het machtsmisbruik van BJz nu tot in lengte van dagen staan. Er gaat niets vanaf, er komt alleen maar bij. En via de social media verspreidt het nieuws zich bovendien vliegensvlug en het kost geen postzegels meer, of kopieerkosten, of een wandeling naar de bibliotheek en nog eens wat te vinden.

Reclamecampagnes van de sector om haar imago op te vijzelen, (zonder haar werkwijze fundamenteel te verbeteren) worden nu onmiddellijk beantwoord door tegen-campagnes via het internet. We hoeven niet meer met honderd man voor de poort te staan van een megalomaan kantoorgebouw, want met één druk op de knop komt men overal ‘binnen’. Ook in de Tweede Kamer. 
 
Tot nu toe hebben de ministeries van VWS en Justitie zich vooral laten leiden door de adviezen van de sector, bij het bepalen van het beleid voor de jeugd. Het kon geen kwaad een paar jankende ouders terzijde te schuiven als ‘incidenten waarbij het helaas mis ging’, waarna zij zich door de professionals lieten voorlichten over de werkelijke stand van zaken.

Vervelend begint het te worden, dat de kennis over het machtsmisbruik en de onkunde van jeugdzorg zich begint op te stapelen en dat er steeds meer bijval komt van andere professionals dan de vaste souffleurs van het ministerie (zoals jeugdzorg of het NJI), die de sector ook een incompetente, chaotische amateurclub vinden. 
 
Er zijn advocaten die zich uitspreken, psychologen, artsen, onderwijzers, ondernemers, (lokale) politici, hulpverleners (van buiten BJz), etc die zich wel kunnen vinden in artikelen op sites als Jeugdzorg Dark horse. Wat jammer, dat er nu betere hechtings theorieën op internet verschijnen, dan de versie waar jeugdzorg zo graag mee schermt om haar ‘handel’ mee uit te breiden. Wat een tegenvaller dat veel ouders driftig meelezen met de plannen van de sector en al in een vroeg stadium de misleiding en de verslechtering ervan kunnen aanwijzen, terwijl het juist de indruk had moeten wekken van verbetering, voor de bühne! 

Niets kan meer onopgemerkt gebeuren. Nergens komt men nog zomaar mee weg. Tijd, is het enige dat de BJz-bestuurders nog rest, want ook een slecht gefundeerd gebouw krijgt men niet zomaar om, wanneer het een flinke omvang heeft. En een omvang heeft het, door jarenlang de hand te hebben opgehouden bij het ministerie, zonder dat er ook maar één kritische vraag kwam, vanuit de vaste aanname dat deze professionals toch wel wisten waar ze mee bezig waren. 
 
Ja, dat wisten ze zeker, maar daar hebben ze u Minister en Staatssecretaris, niet meer over verteld dan zij voor zichzelf verstandig achtten! Maar er wordt geknaagd aan de palen van de lemen reus, door ijverige vastbesloten mensen, die op vrijwillige basis zich organiseren en spontaan, door menselijkheid gedreven, alles uit de kast zullen halen om een einde te maken aan het ongecontroleerde machtsspel van de jeugdbeschermers, die veel te lang aan de onwetende massa hebben kunnen verkopen, dat het ‘toetsingskader’ iets voorstelt. De echte werkelijkheid begint de papieren werkelijkheid in te halen en het zal niet lang meer duren, voordat de jeugdbeschermers zich echt moeten gaan verantwoorden voor hun daden.  

Sven Snijer

              Terug naar Alle artikelen Jeugdzorg Dark horse

3 opmerkingen:

  1. oud advocaat jan van ruth5 januari 2013 om 18:33

    BIJLTJESDAG!!
    Zet de pek en veren maar vast klaar zou ik zeggen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De belangrijkste belemmering is dat rechters denken dat er niets anders is (dan Bjz), maar als je genoeg water tegen een zwakke dijk zet ..

    Volhouden dus, en samenwerken!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Er zijn Tweede Kamerleden, ook wel volksvertegenwoordiger genoemd, met Jeugdzorg in hun portefeuille. De woorden die zij spreken, de zinnen die zij formuleren verraden nog geen fractie van de kennis, het inzicht en het gevoel van waaruit dit artikel geschreven is. Hier is voor mij een echte vertegenwoordiger van het volk (ouders/kinderen) aan het woord. Eén met echte zorg voor jeugd in zijn hart, niet in zijn portefeuille.

    Y.B.

    BeantwoordenVerwijderen