Pagina's

maandag 4 juni 2012

Maffiapraktijken van de William Schrikker Jeugdbescherming - deel 2


In deel 1 van de maffiapraktijken van de William Schrikker Jeugdbescherming, hebben wij een aantal punten genoemd die de schriftelijke aanwijzing van 15 mei 2012 voor deze moeder in een dubieus perspectief plaatsen.
Schending afspraak

Als eerste is op 10 mei, in het bijzijn van een getuige, een termijn van twee weken afgesproken waarin moeder met haar advocaat overleg kon plegen over het indicatiebesluit van beide zoons. Deze afspraak is geschonden, toen al op 16 mei moeder indringend aangespoord werd de indicatiebesluiten te ondertekenen op een moment dat zij geen vertrouwenspersoon bij zich had.

De schriftelijke aanwijzing van 15 mei moet in ook in dit licht gezien worden; moeder wordt onder druk gezet het indicatiebesluit te tekenen, op straffe van ontzetting van het ouderlijk gezag. Het intrekken van toestemming van moeder voor informatieverstrekking van Lijn5 aan WSJ, die ook genoemd wordt in de schriftelijke aanwijzing, kan in samenhang gezien worden met haar overtuiging dat de kinderen in de instelling niet op hun plaats zijn en dat de gezinsvoogden weigeren op constructieve manier met moeder samen te werken.

Medicatie zonder toestemming

Eén van de kinderen heeft zware medicatie toegediend gekregen, zonder toestemming van moeder. De jongen werd er lusteloos en sloom van en kreeg een 'pafferig' gezicht. Het bleek bovendien om een middel te gaan wat normaliter niet aan kinderen wordt verstrekt. Na protest van moeder, is er begonnen aan het afbouwen van de medicatie.

Motivatie voor de schriftelijke aanwijzing

Er kunnen ernstige vragen gesteld worden bij de motivatie voor deze schriftelijke aanwijzing: Waarom zou moeder van het ouderlijk gezag ontzet moeten worden, anders dan dat zij het spelletje van de WSJ niet mee wil spelen? Zij weigert terecht het indicatiebesluit te ondertekenen om twee redenen:

In de eerste plaats zijn de kinderen vrijwillig uithuis geplaatst en zouden ze behandeling krijgen voor een seksueel trauma (door misbruik Robert M). Die behandeling is er nooit gekomen, terwijl ze al veel langer dan het afgesproken half jaar in een instelling verblijven. Als de WSJ de beloofde zorg niet levert, heeft moeder het recht om haar kinderen daar vandaan te halen. Daarbij heeft moeder een aanzienlijk verminderde bezoekregeling bij de huidige instelling, t.o.v. de vorige, waardoor de kinderen hun moeder veel vaker moeten missen. Dit schaadt hun ontwikkeling.

Het tweede punt betreft de zogenaamde ‘hechtingsproblematiek’ van de kinderen, die de WSJ opgeeft als reden waarom het verblijf in de instelling onnodig gerekt zou moeten worden. Beide kinderen geven bij herhaling aan naar huis te willen en dat maakt de veronderstelling van hechtingsproblematiek hoogst twijfelachtig. Er kan inderdaad sprake zijn van hechtingsproblematiek, maar dan van een geheel andere orde. Het is de WSJ die erg gehecht is aan haar financiële belangen en haar machtspositie, die zij moeilijk kan loslaten.

Meteen naar de rechter

De advocaat van moeder heeft op 22 mei een bezwaarschrift ingeleverd en de WSJ gaat hierop niet in overleg met moeder. Zij heeft geen boodschap aan haar inhoudelijke bezwaren tegen een verder verblijf van haar kinderen in de instelling. Net zoals de WSJ niet van tevoren, het indicatiebesluit en de bezwaren van moeder goed heeft besproken en haar eigen argumenten voor continuering van de ‘behandeling’ heeft gegeven, doet zij dat ook niet naar aanleiding van het bezwaar. Zij maakt onmiddellijk de gang naar de rechter, wat er op duidt dat ouders in deze vorm van ‘hulpverlening’ een pion zijn op een schaakbord. Ze worden niet behandeld als een rechtspersoon, maar als een obstakel die het belang van het kind ‘schaadt’ (wat feitelijk het eigenbelang is van de WSJ in termen van geld en werkgelegenheid).

Bezwaren van de advocaat van moeder

Samenvatting van de bezwaren van de advocaat van moeder tegen de schriftelijke aanwijzing van 15 mei 2012. Hierin wordt moeder gesommeerd te tekenen voor het behandelplan en het  toestemming verlenen aan WSJ om bij de behandelbesprekingen aanwezig te zijn.

Bezwaren:

De aanwijzing van WSJ berust op artikel 1:263a juncto 1:258 lid 1 BW. Zij kan derhalve worden beschouwd als een beschikking in de zin van art. 1:3 Awb. De zorgvuldigheidsheidstoetsing van de Awb is daarom van toepassing. Het besluit is onvoldoende zorgvuldig tot stand gekomen. Niet is getracht middels overleg met moeder haar ervan te overtuigen of te overreden dat de aanwijzingen in het belang van W zou zijn.

Er is onvoldoende gemotiveerd waarom WSJ bij de behandelbesprekingen aanwezig moet zijn of waarom de verdere behandeling in het belang is van het kind. Moeder is van mening dat het verblijf van W bij Lijn5 helemaal niet in zijn belang is.

Sprake is van wederrechtelijke vrijheidsberoving, gezien art. 5 EVRM en W heeft ten onrechte geen bijstand van een advocaat.

De jongen zit in een gesloten instelling zonder dat hiervoor langer toestemming van de gezaghebbende ouder bestaat.

De aanwijzing is een ingrijpende maatregel waartoe pas toe over mag worden gegaan als overleg heeft plaatsgevonden. Dat is nagelaten door WSJ.

Door de aanwijzing wordt moeder haar wettelijk recht tot intrekking van toestemming onthouden, en dit is in strijd met het recht, temeer nu er gedreigd wordt moeder van het ouderlijk gezag te ontheffen.

De jongen verblijft onrechtmatig in de instelling nu de termijn van indicatie is verlopen en moeder verder verblijf van haar zoon in de instelling niet langer wenselijk acht. (Dit is van belang omdat de jongen vrijwillig werd geplaatst voor behandeling van seksueel trauma welke hij nooit heeft gekregen in anderhalf jaar tijd)

WSJ verplicht moeder een vrijwillig recht op te geven en verkondigd onwaarheden, zoals over zijn intelligentiecapaciteit en over het feit dat hij het fijn zou vinden in de instelling. Volgens moeder vindt W. het in de instelling verschrikkelijk en wil hij het liefst zo snel mogelijk naar huis.

Wat zijn eigenlijk legitieme redenen om een ouder van het ouderlijke gezag te ontzetten?

“De rechter kan de ouders uit het ouderlijke gezag of de voogdij ontzetten, als hij van mening is dat het in het belang van het kind noodzakelijk is. Dit gebeurt bij misbruik van het gezag, grove verwaarlozing van het kind, slecht levensgedrag van de ouder of een onherroepelijke veroordeling wegens bepaalde ernstige (pogingen tot) misdrijven jegens het kind. Ook het in ernstige mate veronachtzamen van aanwijzingen van een gezinsvoogdijinstelling in het kader van een ondertoezichtstelling of de serieuze dreiging dat de ouder het kind uit het pleeggezin weg zal halen, zijn redenen om een ouder te ontzetten.”

De reden om moeder in dit geval van het ouderlijk gezag te ontzetten is: ‘de huidige CIZ indicatie is reeds op 16 mei 2012 verlopen. En door het ontbreken van uw toestemming voor een nieuwe indicatie loopt de continuïteit van de behandeling en plaatsing van M bij Lijn 5 gevaar. Voor M zijn ontwikkeling is het belangrijk dat zijn plaatsing en behandeling bij Lijn 5 voortgezet wordt, en u als moeder hier toestemming voor geeft.’                                                                       
                                                                                                  
Het ouderlijk gezag stelt feitelijk niets voor, want als moeder niet blindelings gehoorzaamt aan de schriftelijke aanwijzing, leggen ze onmiddellijk een verzoek bij de kinderrechter neer. WSJ en BJZ weten dat kinderrechters hun verzoeken vaak inwilligen, omdat ze zich moeten baseren op onvolledige of onjuiste dossiers die worden aangeleverd. Een goed voorbeeld hiervan is de aanvraag VOVO die door de RvdK op 31 mei 2012 werd aangevraagd (op verzoek van de WSJ) bij de kinderrechter in deze zaak. Veel ‘feiten’ in dit dossier blijken niet te kloppen, nu Jeugdzorg Dark horse zich in deze zaak heeft verdiept en alle documenten ervan heeft ingezien.

Verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming aan de rechter:

(WSJ / RvdK)

WSJ Op 10 januari 2011 zijn W. en M. uithuis geplaatst bij Reinaerde in Utrecht wegens ernstige gedragsproblemen. De gedragsproblemen zijn ondanks intensieve langdurige hulpverlening niet verminderd. Daarnaast was de thuissituatie waar W en M in opgroeiden onvoldoende veilig. De kinderen kregen onvoldoende duidelijkheid, structuur en voorspelbaarheid aangeboden door hun moeder en stiefvader.

Redactie: Dit is onjuist. BJZ adviseerde moeder de kinderen vrijwillig uithuis te laten plaatsen vanwege onderzoek naar het trauma veroorzaakt door het seksuele misbruik van Robert M. en zij stemde hiermee in. Het was dus niet vanwege ernstige gedragsproblemen.

De ‘onvoldoende veiligheid in de opgroeisituatie’ die wordt genoemd, is ook gebaseerd op een heel wankele redenering. Wat moeder ooit eens tegen een gezinsvoogd gezegd heeft, werd al gauw tegen haar gebruikt: De kinderen van 9 en 10 jaar waren een keer krabbetjes vangen met een net en moeder veronderstelde dat dit bij een slootje was in de buurt. Toen zij de kinderen ging zoeken, bleken zij niet bij het slootje te zijn, maar op een kotter in de haven, samen met een groep andere kinderen. Zij heeft de twee kinderen onmiddellijk van de boot gehaald en naar huis gebracht met de auto. Dat dit wordt gebruikt door de gezinsvoogd om aan te geven dat de kinderen thuis niet veilig zijn is zeer vreemd, zeker als in overweging wordt genomen dat zij de enige moeder was die haar kinderen van de boot af haalde!

Toen moeder over deze beschuldiging een klacht indiende tegen de gezinsvoogd, kwam haar dat duur te staan. Moeder heeft een sterk vermoeden dat haar drie jongste kinderen eveneens uit huis zijn geplaatst, als wraakactie voor dit beklag. Dat een wraakmotief hieraan ten grondslag zou liggen, is niet denkbeeldig gezien de merkwaardige redenen waar de tweede uithuisplaatsing mee gemotiveerd werd. ('Moeder heeft kinderen alleen in bad gelaten en er staat een traphekje open.' In werkelijkheid zaten drie kinderen beneden aan de eettafel en ééntje zat er met een riempje vast in een kinderstoeltje. De 'gevaarlijke' badsituatie was 's avonds. Bij het bad stond een gezinshulp (Marianne Z). Moeder ging heel even weg om schone kleding te halen, en vroeg de gezinshulp op te letten. De gezinshulp verklaarde later dat moeder de kinderen alleen liet in het bad…)
WSJ: Moeder is gediagnosticeerd met een borderline persoonlijkheidsstoornis in 1992.

Redactie: Dit heeft de redactie van Dark horse samen met moeder uitgezocht. Het blijkt niet waar te zijn. Moeder heeft in 1992 een sociaal psychiatrisch verpleegkundige bezocht. Zij zat toen in een moeilijke fase in haar relatie. Er hebben twee gesprekken plaatsgevonden en er is géén diagnose gesteld. (Kan alleen door psychiater of psycholoog)

Vanwege de toenmalige stressperiode leek er één kenmerk te zijn van borderline, namelijk chaotisch (niets meer en niets minder). Wij hebben met meneer Haring, de SPV’er die twintig jaar geleden met haar sprak, gebeld. Hij verklaarde dat zelfs áls er een diagnose zou zijn gesteld, die geen geldigheid meer heeft, omdat het te lang geleden is. Borderline kan ook weer verdwijnen. Hij verklaarde tevens, dat hij het nog nooit eerder had meegemaakt dat een diagnose na zo’n lange tijd, op die manier door een instantie tegen een persoon wordt gebruikt.

Moeder heeft dus geen borderline omdat hier geen diagnostisch rapport van bestaat en omdat de termijn van de geldigheid van een dergelijke diagnose is verlopen, maar het wordt nog steeds tegen haar gebruikt door de William Schrikker Jeugdbescherming.  

In april 2012 heeft moeder een psychologisch onderzoek ondergaan, waar uit blijkt dat er met de psyche van moeder niets mis is.

“Er kan op grond van deze resultaten echter niet worden gesteld dat er bij haar sprake is van As 2 problematiek of psychopathologie of een persoonlijkheidsstoornis. De diagnose van borderline die vroeger is gediagnosticeerd kan op grond van haar MMPI niet worden bevestigd en is hierdoor weerlegd. Er lijkt bij haar evenmin sprake te zijn van ADHD problematiek, gezien haar testresultaten en haar vroegkinderlijke functieontwikkeling.”
                                                                                                 Drs. G.J.Postma, GZ-psycholoog

WSJ: M. vertoonde in de thuissituatie ernstige gedragsproblemen.

Redactie: Dit wordt veroorzaakt door het meerdere malen misbruikt zijn door Robert M en zijn vader.

WSJ: Op 23 februari 2012 is W weggelopen bij Lijn5, waarbij een zeer gevaarlijke situatie is ontstaan; W heeft op het spoor gestaan, terwijl er een trein aankwam. De trein heeft nog net op tijd kunnen remmen.

Redactie: Een dag voordat W. op de treinrails stond, vertelde de gezinsvoogd tegen de jongen: “W, jij gaat nooit meer naar huis terug. Jij gaat niet meer naar je moeder, je blijft hier wonen.” W. raakte hiervan zeer gestrest en is toen weggelopen. Nadat hij op de treinrails werd gevonden, is hij er opnieuw vandoor gegaan en vier uur later werd hij ijskoud, met enkel een t- shirt aan, op het strand gevonden. Aanleiding voor het weglopen was dus de verklaring van de gezinsvoogd aan de jongen een dag daarvoor, dat hij niet meer naar huis zou gaan.

Deze reden voor het weglopen, is door de politie van IJmuiden  die hem op het strand vond, (in een verslag) bevestigd . Maar dát wordt er niet bij verteld door de WSJ of Lijn5!

WSJ: Op 22 februari 2012 is tijdens een persoonlijk gesprek aan moeder en stiefvader gemeld dat het perspectief wat de William Schrikker Jeugdbescherming betreft niet meer thuis ligt. Moeder is het hiermee absoluut niet eens.

Redactie: Dit is dus ook aan W verteld. Een dag later, de 23ste vond de leiding hem op het treinspoor.

WSJ: Op 5 mei 2012 heeft moeder via de mail aan de gezinsvoogd te kennen gegeven dat zij niet wil dat de gezinsvoogd aanwezig is bij de behandelbespreking op 10 mei 2012 van W. bij Lijn5. Tot slot, heeft zij tijdens de behandelbespreking op 10 mei 2012 aan Lijn5 aangegeven dat zij wil nadenken of zij het behandelplan van Lijn5 wil tekenen.

Redactie: Dit recht heeft moeder als gezaghebbende ouder. De redactie van Dark horse was aanwezig bij dit gesprek. We hebben afgesproken met Lijn 5 dat we 14 dagen de tijd zouden krijgen om het plan te corrigeren, waar nodig en dan zouden gaan ondertekenen. De woensdag daarop was moeder op de instelling (een week later) en werd haar het indicatiebesluit onder de neus geduwd om haar te laten tekenen, want het moest voor ‘17:00 op de post’. Moeder belde haar advocaat voor overleg en deze raadde haar sterk af te tekenen, daar zij op die manier weer voor een jaar aan een onwenselijke plaatsing zou vastzitten.

WSJ: De indicatie is 16 mei 2012 verlopen en hierdoor loopt de continuïteit van de behandeling van Lijn5 gevaar.  

Redactie: Er loopt feitelijk geen behandeling gevaar, aangezien de kinderen enkel in de instelling wonen en ‘structuur’ krijgen aangeboden, wat geheel iets anders is als een behandeling (voor seksueel trauma). Er is geen enkele reden waarom ze die structuur niet thuis zouden kunnen krijgen, met lichte gezinsbegeleiding op vrijwillige basis.

WSJ Met vader hebben de jongens de afgelopen drie jaar nauwelijks contact gehad. Moeder is erg tegen deze contacten en heeft vader aangeklaagd wegens vermeend seksueel contact met zijn zoons. Dit is kort in onderzoek geweest bij de politie maar deze hebben besloten dat er niet genoeg was voor verder onderzoek.

Redactie: De kwaliteit van onderzoek van de zedenpolitie laat nogal eens te wensen over. De kinderen zelf kunnen zich de orale seks met vader nog herinneren. Bovendien wordt hier niet gesproken over het bewezen seksueel misbruik dat Robert M heeft gepleegd met de kinderen en dat vader en Robert M vrienden waren.

WSJ: Op grond van bovenstaande zijn wij van oordeel dat de wettelijke grond voor een gedwongen onthef­fing aanwezig is. Daarom willen wij u verzoeken de Rechtbank te verzoeken de ouders te ontheffen van het ouderlijk gezag over W en M.

Volledigheidshalve delen wij u mede dat de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, namens het bureau Jeugdzorg, bereid is de uitoefening van de voogdij op zich te nemen.

De William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering,
namens het Bureau Jeugdzorg,
opgemaakt door, M. de Vos gezinsvoogd,
onder verantwoordelijkheid van:


Mevrouw drs. R. Rietveld
Inhoudelijk manager


Samenvatting Dark horse: Hier wordt door de WSJ geprobeerd een moeder van het ouderlijk gezag te ontheffen, omdat zij van mening is dat het verblijf in een instelling niet goed is voor haar kinderen. Zij heeft ooit vrijwillig met een half jaar onderzoek / behandeling ingestemd, maar dat zijn er ondertussen anderhalf geworden, terwijl de kinderen nooit zijn behandeld. De kinderen zijn anders dan de WSJ beweert, niet hechtingsgestoord, maar willen graag terug naar hun moeder.

De inschatting van de WSJ was, dat moeder het indicatiebesluit vanzelfsprekend zou ondertekenen, zodat zij voor nog een jaar aan de instelling zou vastzitten. Moeder is wel wijzer en vecht voor het recht van haar kinderen op gezinsleven. (EVRM 8) Om die reden gaat de WSJ over tot de meest radicale maatregel, om haar eigen belangen (vermomd als het belang van de kinderen) te verdedigen. Zij doet dit op basis van een ondeugdelijk dossier en heeft nalaten de validiteit te controleren van de gegevens die het bevat.

Sven Snijer

N.B. Vandaag op 4 juni 2012, tijdens het schrijven van dit artikel, komt het bericht binnen dat W. wéér is weggelopen van de instelling Lijn5 (van 9 uur ’s ochtends tot half vier ‘s middags – Moeder mag haar kind hierna niet spreken). Dit bevestigd opnieuw hoe verkeerd deze plaatsing is. Moeder vertelde de teamleider, die haar telefonisch van het weglopen op de hoogte bracht, dat haar zoon wegloopt omdat hij niet in de instelling wil blijven. Het antwoord van de teamleider luidde: “Kinderen kunnen zoveel willen.”


                Terug naar Alle artikelen Jeugdzorg Dark horse
 http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.com/2012/04/alle-artikelen-jeugdzorg-dark-horse.html

12 opmerkingen:

  1. Draai het maar weer om: Jeugdzorg kan ook zoveel willen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Onze dochter liep ook verschillende keren weg van het kindertehuis waar ze gegijzeld werd, als reactie zit ze nu sinds november 2011 in een kindergevangenis opgesloten in Rentray Eefde

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Gezinsvoogden zullen andere baan zoeken na veroordeling
    Harriët Salm − 29/10/07, 00:00
    Als de gezinsvoogd van Savanna wordt veroordeeld, kiezen nog minder mensen voor een baan in de jeugdbescherming, verwacht de belangenvereniging.
    „Ik hoor geluiden uit het hele land van collega’s die zeggen: als zíj veroordeeld wordt, kap ik er mee. Niet van de ene op de andere dag, maar wel op den duur. Want dan zijn wij vogelvrij.” Ton Moolenaar, zelf gezinsvoogd en voorzitter van de Belangenvereniging voor Medewerkers in de Bureaus Jeugdzorg (BMJ),

    Dus staan de rechters toe dat zij door blijven gaan met hun ondeskundige, waanzinnige, sadistische praktijken.
    Anders blijven er te weinig mensen over om dit werk voort te zetten.

    Nu zijn kinderen en ouders vogelvrij en dat moet zo blijven. Niet waar, meneer de rechter?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Iedere keer weer ben ik verbijsterd hoe die verhalen op elkaar lijken. En hoe elke situatie in het nadeel van de ouders neergezet wordt. Zelfs als ze daar hun zorgzaamheid en doeltreffendheid laten zien weet men zo'n situatie in het nadeel te formuleren en te suggereren. Geen wonder dat ouders boos worden. Je vraagt je af hoe integere medewerkers dat doen. Dat zou ik weleens willen weten. Maar mogelijk dat je daar dan niet kan werken als je niet bereid bent om mee te doen aan die onfatsoenlijke en beschadigende praktijken.
    Ik heb het zelf meegemaakt maar anders zou ik het ook gewoon niet geloven dat zoiets hier in Nederland gewoon staande praktijk is in de kinderbescherming en jeugdhulpverlening.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Schandalige praktijken waarbij onder het mom van kinderbescherming, ouders hun kinderen en kinderen hun jeugd vrijheid en veiligheid wordt afgenomen ten behoeve van de baanveiligheid van vele mederwerkers binnen een monsterapparaat dat jeugdzorg heet. Diep triest!

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Het rechtsysteem, jeugdzorg, psychiatrische en veel andere instellingen deugen niet hier in Nederland. Het is vechten tegen de bierkaai. Ik heb zelf opgesloten gezeten [7 maanden in een isoleercel]in een psychiatrische instelling. Ik was depressief,maar niet meer of minder dan de anderen bij mij op de afdeling. Toch werd ik opgesloten in een isoleer. Ik kreeg ook gedwongen medicatie . Beide mocht helemaal niet...het opsluiten niet en de gedwongen medicatie niet. Ik had geen IBS of rechterlijke machtiging...en zonder dat mag je niet opgesloten worden.Laat staan zo lang. Tevens zijn er zoveel regels waar ze zich aan moeten houden. Ze hebben zich nooit aan de regels gehouden...ze gaan gewoon hun eigen gang in zo'n instelling.Vecht er tegen en je bereikt het tegenovergestelde.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Michael Regelmann6 juni 2012 om 01:51

    Jz pretendeert in het belang van het kind te handelen, echter uit ervaringen met en van diverse cliënten is duidelijk geworden dat Jz alles in het werk stelt om ouders en zelfs andere familieleden tegen elkaar uit te spelen. Ze schuwen ook niet om grootouders onder druk te zetten. Neem dan ook nog de andere marionetten erbij, die onder de paraplu van Jz werken en de belangen worden ineens duidelijk. Zelfs een klachtencommissie is zeker niet onafhankelijk, immers ook deze groepering is gekoppeld aan Jz.
    Ik vind het bijzonder, dat er nog steeds mensen zijn die hun ziel aan deze instanties verkopen en hun leven wijden aan leugens, bedrog, onbekwaamheid, ouderterrorisme en vooral het verder traumatiseren van kinderen die vaak slechts een hulpvraag stellen.
    En hoe makkelijk is het om de situatie te manipuleren daar waar ouders nog onderlinge geschillen en emoties met elkaar uit willen vechten.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. De klachtencommissieleden (is slechts een adviescommissie) is benoemd door het bestuur, dus "onafhankelijk", waar geen beroepsmogelijkheid meer bestaat na de invoering van de Wjz, is een schijntje in de praktijk.
      We zien dat de commissie de foute voorstelling van 'feiten' die het bestuur heeft gesuggereerd gewoon overneemt, en de feiten aangedragen door de cliënt negeert.
      Klachtrecht was bedoeld om van de fouten te leren, maar we zien dat de BJZ's zich zeer defensief en manipulerend gedragen, en vaak het kind straffen.

      Verwijderen
  8. De weigerende attitude van de WSJ/WSG om snel (binnen 3 maanden i.p.v. na anderhalf jaar nog niet) tot diagnostiek te komen - om tot een gegrond behandelplan te komen, tot juiste therapie - is institutionele kindermishandeling:
    het is een onttrekken van nodige therapie na seksueel misbruik!
    Het is een onttrekken aan het recht van het kind om psychologische gezondheidszorg naar IVRK artikel 24!
    Het is een vorm van "bedreiging" (genoemd in BW1:254, lid 1) t.a.v. het kind, door BJZ/gezinsvoogdij.

    Geen therapie zonder toegesneden diagnostiek, zeker waar de aanzet duidelijk en zwaar is (Hofnarretje/pedo.)!
    Hier heeft de WSJ als BJZ duidelijk aan inspanningsverzuim gedaan!

    Diagnostiek kan het beste vanuit de thuissituatie, omdat het kind zich daar het veiligst voelt, en zo beter kan verwerken. Wil de WSJ dat wel? Zo niet, waarom; want dat moet de sociaal-werker-gezinsvoogd wel valide kunnen motiveren onder ede voor de rechter. Bij voorbaat heb ik twijfels over zo'n bewering van een BJZ/gezinsvoogd, omdat de wetenschap zegt dat vanuit thuis beter is.
    Thuis.

    De gezinsvoogd van Savanna heeft ook diagnostiek niet ingehuurd, zodat de vermagering niet gemeten werd. En dan vrijuit gaan: dat is onlogisch! Wetenschappers concludeerden: de kern is dat BJZ niet de kennis matcht bij de case.

    Diagnostiek brengen bij de cliënt is in feite de taak van de ingang van een BJZ, maar de voordelen (bonus, bezettingsgraad, macht, werkgelegenheid, topzware $tichting BJZ) van mandaat tot OTS en UHP is zo verleidelijk, zeker waar beweringen niet bewezen hoeven te worden door weggehouden diagnostiek, omdat rechters slapen, niet handelen naar LJN BD1113, en slechts geloof stellen in BJZ en niet onderzoeken wat 'professional' bij BJZ betekent: broodwinnend i.p.v. deskundig (de wetenschap zei dat al).
    De WSJ/WSG/WSS: http://dl.dropbox.com/u/2479159/DWDD%20met%20Korver-%20WSG.wmv (omgaan met eigen rigiditeit?)!

    >>>>>>>>

    BeantwoordenVerwijderen
  9. >>>>>>>>>
    Geloof blijkt niet rechtschapen te zijn waar diagnostische waarheidsvinding in de zin van het kinderrecht noodzaak is via rechters en zgn. gevaarlijke beschermingsmaatregelen zonder bewijs.

    Wat opvalt is dat waar gezinsvoogden aan inspanningsverzuim (BW1:257) doen, zij dit afwentelen in geschrifte op de ouders, alsof de ouders 'tegenwerken' ofzo. Insinuatief! Dat is niet het belang van het kind vertegenwoordigen. Bewijs!
    Met dossieronderzoek vindt men dat - tegen BJZ's!

    In 2010 schreef raadsheer Van Teeffelen in FJR, nr.10, pag. 248-249:
    “…Het tweede knelpunt heeft betrekking op de uit te brengen rapportage. Aan het hof en uiteraard ook aan ouders dient te worden gerapporteerd. Rapportage van het Bureau Jeugdzorg is in het algemeen niet eenvoudig te lezen. Voor de jaarlijks uit te brengen rapportage schijnt ‘protocol’ te zijn, dat grote delen van het rapport van de raad letterlijk worden overgenomen en daarvoor, daartussen of daarachter worden de eigen bevindingen van het Bureau Jeugdzorg opgenomen. Het indicatiebesluit en het plan van aanpak zijn in de praktijk grotendeels gelijkluidend en het is soms heel moeilijk te lezen of bepaalde doeleinden nog behaald moeten worden of inmiddels al zijn gerealiseerd. Het komt verder nogal eens voor, dat de rapportage van Bureau Jeugdzorg soms tientallen pagina's lang is en een waar zoekplaatje. Een behoorlijk geschreven verweerschrift van Bureau Jeugdzorg is dan noodzakelijk om een goed beeld te krijgen van de situatie.
    Bepaalde bevindingen van raad of bureau, die in het verleden door cliënten met succes zijn aangevochten, blijven regelmatig in de volgende rapportage weer terugkomen.… Ouders stellen de vraag wat zij moeten doen om de kinderen weer terug thuis te krijgen en krijgen daarop geen antwoord of worden min of meer met een kluitje in het riet gestuurd. … Onwillekeurig rijst dan de vraag nogal eens: ‘is het bureau er voor de cliënten of zijn de cliënten er voor het bureau?’”… (Citaten).
    Enz.

    En nu in 2012 is er bij de rechters nog steeds weinig teken van uitgeslapen-heid (negatie LJN BD1113, CRvB-uitspraak). >>>>>>>

    BeantwoordenVerwijderen
  10. >>>>>>>
    Hoe komt het dat institutionele kindermis-handeling door gezinsvoogdij niet wordt veroordeelt (of gezien) door de rechters? Men weet als ouder (en vele rechters hebben kroost) toch dat er een psychisch belang van het kind is z'n ouders te 'kennen', een kind-ouderband, gehechtheid, nood tot familiair loyaliteitsgevoel.
    ||
    Leven RECHTERS zich niet met deze kennis in in de case van een BJZ?
    Men zou toch moeten weten dat met een UHP het kind geschaad kan worden; het kan zelfs dubbel PAS, oudervervreemding (LJN BA7155) veroorzaken door te slecht contact vanuit de pleegsituatie met de genetische ouders.
    Omdat het uithuisgeplaatst-zijn of van één ouder gescheiden gehouden worden (na omgangsfrustratie) op zich ernstig schadelijk is, zou een OTS e.d. veel beter gewogen moeten worden op bedreigingspunten vanuit meerdere kanten; ik bedoel: niet alleen ouders kunnen een bedreiging vormen, en die zijn veelal niet zo bedreigend -wetenschappelijk gezien- dan de bedreigingen door OTS en UHP!

    Zie hier: DE WSJ heeft zonder diagnostiek als basis, en zonder toestemming van ouders aan zware medicatie gedaan, en de rechter blijft de UHP steunen??? Dan moet er aan de intelligentie van de rechter getwijfeld worden!

    OUDERS: bij een (schriftelijke) AANWIJZING (BW1:258-260) heeft men gratis het recht BINNEN 2 weken naar de rechter te stappen, met motivatie!
    Of vraag om een kort geding.

    PAS is voor het eerst beschreven door R. Gartner.
    Dr.med. Benedicte Goudard (Thesis voor de graad van doctor in de geneeskunde, 22 octobre 2008) spreekt niet voor niets van ‘PAS als het toebrengen van ernstig lichamelijk letsel’ (op hersen-celniveau).
    Dat is oudervervreemding toebrengen: niet gezond! >>>>>>>>>

    BeantwoordenVerwijderen
  11. >>>>>>>
    Maar goed, hier is voor M. diagnostiek van belang geweest in de beginfase, en die is niet door toedoen van ouder doch van gezinsvoogdij NIET uitgevoerd, en weer zien we dat de gezinsvoogd het inspanningsverzuim afschuift op de ouder! De toestemming was er al de eerste 6 maanden!
    Sociaal werk (=BJZ) is niet geschikt voor diagnostiek en handelen rond seksueel misbruik; dat is voorbehouden aan specialisten, die niet zijn ingeschakeld. Lijn5 is dat kennelijk niet! Anderhalf jaar niksen!
    Het is de vraag of de ouders wel een cursus of VIB zijn aangeboden?! Zonder dat beweren dat de ouders niet veilig zijn, is ongegrond.
    Zeker bij de kennis dat de pedo van het Hofnarretje is actie was geweest. Kan een BJZ het onderscheid niet maken tussen ouders en een pedoseksueel op de crèche? De 'bedreiging' afschuiven is makkelijk maar onheus - en dat moet de rechter toch zien! Dat is het niveau van gezinsvoogden!

    De signalen die een gezinsvoogd aan het kind kan geven, kunnen wel zeer onpedagogisch zijn, en aan inspanningsverzuim grenzen, of als institutionele kindermishandeling benoemd worden, aanzettend tot "op de rails gaan staan". Daar heeft de ouder niets mee te maken; het was een uiting van de zogenaamde 'professional' alias gezinsvoogd.

    Het is wel de vraag in hoeverre de beschuldiging aan de gescheiden echte vader juist is, en geen drogreden om de kinderen van vader weg te houden zodat PAS kan ontstaan, wat wel een vorm van kindermishandeling is. ex-echtgenoten blijven wel beide ouder, met hun verantwoordelijkheid dat het kind de andere ouder blijft 'kennen', zo nodig via begeleid bezoek indien er een strafrechtelijke grond is.
    Met verwissele niet de stiefvader met de gescheiden vader!
    Het belang van een kind is ook: beide ouders (uiteindelijk, en niet alleen van foto) 'kennen'; dat is in de adoptiewereld goed te zien: de genetische afkomst wil gekend worden.
    Dit is wel een zorgpuntje, maar niet voor een BJZ, die geen specialist is! Dat behoort een (verzorgende) ouder zelf te regelen naar BW1:247.!!!
    De politie is geen diagnost met toegesneden therapie-kennis. Maar wanneer het juist is dat vader en Robbert M. vrienden waren... maakt gespecialiseerd onderzoek nog noodwendiger!

    In deze zaak lijken de woorden 'behandeling' en 'diagnostiek' dat moet leiden tot op diagnostiek geënte therapie verwisseld te worden, wat de zaak minder helder maakt voor een rechter.
    Een behandeling is geen therapie waar diagnostiek is vermeden door BJZ.
    Geen therapie zonder diagnose! --------------<

    BeantwoordenVerwijderen