Pagina's

zondag 13 april 2014

Meer kritische geluiden over de sociale wijkteams



Een tijd lang leek Jeugdzorg Dark horse één van de weinigen te zijn met stevige kritiek op de transitie en de sociale wijkteams, vanuit het perspectief van de cliënt (jeugdzorg-gedupeerden) en niet vanuit de belangen van bestuurders, politici en zorgondernemers. Een andere partij die serieuze kritiek had op de overheveling van de j-GGZ was een (aanzienlijk) deel van de J-GGZ zelf, maar die werd definitief de mond gesnoerd door de instemming van de Eerste Kamer met de nieuwe jeugdwet, waarmee een nieuwe politieke en dus beroepsmatige realiteit leek te zijn geboren. De j-GGZ zou zich nu wel moeten aanpassen om te overleven in het nieuwe stelsel en groepen van tegensputterende ouders, die zouden vanzelf wel verdwijnen.

Maar een jaar nadat wij op deze blog begonnen te fulmineren tegen het megalomane, ondoordachte en slecht uitgewerkte overheidsplan, beginnen ook andere partijen zich kritisch te uiten over de sociale wijkteams en ook steeds meer Kamerleden beginnen zich af te vragen waar ze in godsnaam mee hebben ingestemd.

Al in een vroeg stadium werd voor ons duidelijk dat het knelpunt van de transitie zou komen te liggen bij een aantal kernproblemen:

1 In hoeverre zouden de sociale wijkteams de oude jeugdzorgmentaliteit overnemen en in een beschuldigende en insinuerende rol vallen richting ouders?

2 In hoeverre zouden de bezuinigingsmaatregelen van de overheid die samengaan met de transitie er voor gaan zorgen dat de lokale overheden de goedkoopste zorg gaan inkopen en niet de meest effectieve/ klantvriendelijke?

3 In hoeverre wordt de Eigen Kracht als een ‘haarlemmerolie’ gezien waarvan men wonderen verwacht in een vrijwillig kader van hulpverlening dat eigenlijk helemaal niet vrijwillig is, maar door het drangkarakter (zonder tussenkomst van rechter) ook een chantagemiddel kan zijn om gezinnen te ‘vangen’ die misschien zo’n paardenmiddel helemaal niet nodig hebben?

4 In hoeverre is het überhaupt wenselijk dat de overheid zo indringend en langdurig achter de voordeur komt van burgers en de privacy en zelfbeschikking van burgers geheel overboord gooit?

5 In hoeverre staat de klantvriendelijkheid en het zorg ‘dicht bij de burgers’ organiseren niet in een gespannen verhouding tot de almaar verder oprukkende gekte van het vroegsignaleren (opsporen van kindermishandeling) door een steeds verder groeiend aantal 'professionals' (tot en met de felicitatiedienst en meteropnemer aan toe!)

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2014/04/de-augeo-foundation-heeft-een-missie.html

6 In hoeverre zal de toegang tot specialistische hulp voor kinderen geblokkeerd worden door de gemeente uit bezuinigingsoverwegingen?

7 In hoeverre is het een misleiding van het kabinet om te beloven dat kinderen die echt specialistische hulp nodig hebben die zullen krijgen, als in laatste instantie het college daar over oordeelt en niet de huisarts zelf, die wel mag doorverwijzen maar wiens ‘advies’ niet hoeft te worden overgenomen?

8 In hoeverre is ‘passende hulp’ voor een kind niet een te open omschrijving dat door gemeenten te ruim geïnterpreteerd kan worden?

9 In hoeverre getuigt het van verstand en verantwoordelijkheidsgevoel naar de burgers aan de kant van de beleidsmakers om zo’n mega-operatie als de Transitie, die nooit eerder is uitgevoerd (alleen in Denemarken, maar daar werd de j-GGZ niet meegeheveld) zo slecht uitgewerkt, met zoveel open- en door de lokale bestuurders zelf in te vullen gebieden, onder zo’n grote tijdsdruk, met sinds de gemeenteraadsverkiezingen zoveel nieuw in te werken lokale bestuurders?

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2014/03/lanceert-u-maar.html

10 In hoeverre geven de proeftuinen van de Transitie een realistisch beeld van wat er na 1 januari 2015 te verwachten valt voor de lokale politiek met deze enorme verantwoordelijkheid, als ze zoals in Amsterdam op slechts een klein gedeelte van de capaciteit hebben gedraaid van wat er straks van verwacht wordt?

11 In hoeverre kunnen we een inschatting maken van de betekenis van sociale wijkteams als ze in de proeffase niet hebben doorverwezen naar gedwongen hulp, terwijl ze in theorie wel de drang/dwangbevoegdheid hebben?

12 In hoeverre durven ouders een sociaal wijkteam te vertrouwen waar de verantwoordelijkheid voor een hulpverleningstraject als het mis loopt, door teveel instanties zal worden gedeeld, zodat ze de schuld naar elkaar kunnen schuiven wanneer ouders verhaal komen halen?

13 In hoeverre is het vertrouwenswekkend dat er vanuit de gemeenten geen universele klachtenregeling is opgesteld voor de sociale wijkteams, terwijl er onherroepelijk klachten zullen komen, zowel ten aanzien van j-GGZ hulp voor kinderen die vanuit 'ontlabeling'-streven van de landelijke overheid zal worden ingedamd en vervangen door opvoedcursussen, als ten aanzien van het dwingen van ouders hulp te accepteren waar ze niet om gevraagd hebben onder dreiging van Jeugdzorg- Kinderbescherming?

14 In hoeverre is het verstandig van de overheid om wederom de regie van de hulp aan gezinnen over te laten aan mensen met lager opleidingsniveau (HBO, maar bij ervaring ook MBO) tegenover de specialisten die universitair geschoold zijn?

15 In hoeverre is het voor niet-specialisten mogelijk om te beoordelen of de hulpvraag van ouders voor hun kind misschien een aangeboren of medische component heeft (die voor gedragsverandering zorgt) en te bepalen of het kind wel of geen recht heeft op de meest hoogwaardige zorg (IVRK 24)?

16 In hoeverre zullen problemen van gezinnen die een complexe structuur kennen werkelijk integraal worden aangepakt en waarop is de doorzettingsmacht van de regisseur/generalist van de casus werkelijk gebaseerd, anders dan op suggestie en goedgelovigheid?

17 Wie wordt benoemd tot regisseur/generalist van een casus (van welke organisatie) en waarom zal deze het aantal hulpverleners gaan beperken om wildgroei te voorkomen en niet toch de mensen van de ‘eigen club’ te vaak de bal toespelen?

18 In hoeverre wil de overheid ouders laten zwemmen met eventuele klachten als er geen centraal aanspreekpunt is bij de gemeente (waar verantwoordelijkheid wordt genomen voor de wijkteams) en zij veroordeeld worden om tegen iedere participant van het wijkteam afzonderlijk een klachtenprocedure op te starten (iedere organisatie afzonderlijk), indien het traject mis gaat en (volgens ouders) onterecht wordt doorgeschakeld naar gedwongen kader?

19 In hoeverre maken ouders überhaupt nog een kans in de rechtszaal als ze een heel sociaal wijkteam tegenover zich krijgen dat gezamenlijk het dossier heeft opgebouwd, waardoor zij allemaal als informant gelden voor de Raad voor de Kinderbescherming?

20 In hoeverre worden ouders door de overheid misleidt als ze hier niet nadrukkelijk op worden gewezen?

21 In hoeverre wil de overheid wederom ‘voor een dubbeltje op de eerste rij zitten’, door de regie toe te kennen aan lager geschoolden (met specialistische hulp op de achtergrond) en weer voorbij te gaan aan het advies dat al jaren wordt gegeven uit verschillende hoeken, om een specialist in de toegangspoort tot jeugdhulp te zetten en die te laten bepalen of er sprake is van aangeboren problematiek bij het kind of een vraag om het probleem sociaal-pedagogisch aan te pakken?

22 In hoeverre worden scholen (in Amsterdam) op de hoogte gesteld van de (juridische) problemen die ze kunnen verwachten met de aanwezigheid van de Ouder-Kindadviseur in de school, die geen deel is van het schoolteam, maar zich wel zo opstelt?

23 In hoeverre is het een slecht voorteken dat veel jeugdhulpaanbieders het convenant niet wilden ondertekenen (het ‘juridische hiaat’) op het feestje van de inmiddels weggestemde Amsterdamse wethouder voor jeugdzaken Hilhorst? http://www.at5.nl/artikelen/117881/problemen-stapelen-zich-op-voor-pvd-a-lijsttrekker

24 In hoeverre wordt de Ouder-Kindadviseur een ‘jeugdzorgwerker-in-de-school’ (om de kinderen te kunnen volgen vanuit mishandelingoogpunt), of juist een overbodige extra schoolmaatschappelijk werker/ Intern Begeleider, die dubbel werk gaat doen?

25 In hoeverre kan er iets terecht komen van de doorzettingsmacht van de Ouder-Kindadviseur, als nu nog steeds niet duidelijk is voor scholen hoe deze zich gaat positioneren binnen de school? (Schooldirecteur: ‘Het overkomt ons ook maar’)

26 In hoeverre is het reëel om te verwachten dat instanties als woningbouwvereniging, schuldhulpverlening, verslavingszorg, uitkeringsinstantie, j-GGZ, etc, zich allemaal zullen schikken naar de autoriteit van de regisseur van het wijkteam om integrale hulp te bieden aan een gezin en dit gelijktijdig voor meerdere (multi) probleemgezinnen en gezinnen waar de hulpvraag een stuk eenvoudiger is, maar men escalatie van problemen juist wenst te voorkomen? (Nederland is een ‘consensusland’- eindeloos vergaderen is waar we goed in zijn)

27 In hoeverre is het een illusie om de specialistische hulp af te serveren als ‘te duur’ en ‘onnodig’ en daar voetbal, muziekles en gedwongen 'leuk doen met de buurt' ervoor in de plaats te stellen vanuit een nieuwbakken ideologie (Civil Society) van links intellectuelen, die na het spastische postmodernisme met de zoveelste mislukte poging komen om hun grachtengordelbestaan, dat zover van de gewone burger is losgezongen een nieuwe impuls te geven?  (En in hoeverre gaan de rechtse liberale krachten in deze flauwekul mee, met geen andere motivatie dan dat het zo lekker bezuinigt?)

28 Mensen willen naar hun eigen huisarts, iemand waar ze een vertrouwensband mee hebben. Waarvan ze weten dat die universitair is opgeleid. Mensen hebben geen trek in een Sociaal-fröbel-Wijkteam.


Kinderombudsman Marc Dullaert: 18 maart 2016

Zorgen over de deskundigheid van de wijkteams zijn niet verdwenen https://www.perssupport.nl/persbericht/98074/kinderombudsman-jeugdhulp-nog-steeds-niet-op-orde . http://svensnijer-essays.blogspot.nl/2015/10/mosterd-na-de-jeugdwet-maaltijd_28.html


2 maart 2016



Veilig Thuis is zichzelf aan het uitvinden. Het lastige is: dat geldt ook voor de wijkteams, …

In werkelijkheid laat de deskundigheid van die teams inzake mishandeling vaak te wensen over, zeggen directeuren van Veilig Thuis. Wijkteams hangen geregeld aan de lijn bij Veilig Thuis – „klopt onze aanpak voor dit gezin zo?” – en ook dat kost tijd.
 

Update: 15 december 2015 door Robert Vermeiren 3 reacties

393 doperwten

Ja, ik was er enthousiast door, toen het me werd gepresenteerd. Gemeenteambtenaren werken samen met zorgprofessionals aan een nieuw model voor bekostiging. Een integrale bekostiging die eenvoudiger zou zijn dan het huidige prestatiemodel. Ik werd er echt blij van …
… tot de realiteit van de dag me weer bij zinnen bracht. De realiteit dat elke gemeente het op zichzelf doet.

Niet gehinderd door gebrek aan kennis en ervaring bouwt elke gemeente zijn eigen unieke jeugdhulpstructuur op. Vanuit de vaste overtuiging dat hun werkwijze het allemaal beter en goedkoper zal maken..


Lees verder….




'Toegang tot jeugdhulp stokt op alle niveaus'

De toegang en verwijzing naar jeugdhulp verloopt niet goed. Dat blijkt uit de tweede kwartaalrapportage 2015 van De Monitor Transitie Jeugd. Dit leidt tot onduidelijkheid en onnodige vertraging voor kinderen om de noodzakelijke zorg te krijgen.

Blijkens de monitor zijn het telkens nieuwe obstakels die door de gemeente of wijkteam  worden opgeworpen. Om te beginnen is lokale informatie over toegang tot de jeugdhulp vaak onvoldoende of afwezig.

Wanneer mensen wel de juiste toegang vinden om hun zorgvraag te uiten, is het voor hen onduidelijk op welke manier hier opvolging aan wordt gegeven en duurt het soms langer dan de toegestane termijn van acht weken voordat er een beschikking wordt afgegeven.

Als de beschikking er eenmaal is, is de kans groot dat ouders geconfronteerd worden met lange wachtlijsten, oplopend tot soms wel een half jaar tot een jaar voor gespecialiseerde zorg.



Deskundigheid

Om mensen met een zorgvraag adequaat te kunnen helpen, is het essentieel dat er voldoende deskundigheid aanwezig is bij het gemeenteloket, de wijkteams, de Centra voor Jeugd en Gezin.

Op dit moment bestaan de meeste wijkteams uit generalisten en is er vaak gebrek aan expertise op specifieke terreinen. Om de problemen aan te pakken bevelen de opstellers van de Monitor Transitie Jeugd aan om de deskundigheid in de wijkteams te  verhogen.

Wijkteams zouden daarnaast actief de expertise van andere professionals moeten kunnen inroepen. Dit gebeurt nu niet, blijkt uit het aantal meldingen: andere professionals worden soms door het wijkteam buiten spel gezet.

Update 30 juni 205:
 

Gemeentes omarmen massaal de sociale wijkteams als dé manier om de nieuwe zorgtaken op te vangen. In de praktijk stuit het model op fundamentele problemen, betogen hoogleraren bestuursrecht van de RUG.



23 juni om 22:51 uur dvhn 

Zie ook

 
Geen obstakels

Het idee is mooi: alle hulpverleners in één sociaal wijkteam. De maatschappelijk werker, de uitkeringsinstantie, het centrum voor jeugd en gezin, de wijkverpleegkundige, de jeugdzorg. Samenwerking is het devies nu gemeentes door de decentralisaties verantwoordelijk zijn voor veel zorgtaken. Nooit meer achttien hulpverleners die betrokken zijn bij één gezin.

,,Het is een hype'', zegt hoogleraar bestuursrecht Heinrich Winter van de Rijksuniversiteit Groningen. Sociale wijkteams zijn bij 90 procent van de gemeentes ingevoerd. Maar de onderbouwing ontbreekt, zegt Winter. ,,Als we maar zo'n wijkteam hebben komt het goed, is soms de gedachte. Die gedachte is overtrokken. Er zijn obstakels.''

Vechten om je deel

Grootste probleem: hulpverleners kunnen dan wel in één team zitten, de geldstromen blijven gescheiden. Hun werk wordt betaald door de eigen organisatie, niet uit het budget van het wijkteam. Organisaties houden dus hun eigen financiële belang, zeker nu er stevig bezuinigd wordt. ,,Ze blijven vechten om hun deel van de taart'', zegt Winter. ,,Echt samenwerken kan pas als er ook één geldstroom is.'' Ook angst voor privacywetgeving over het uitwisselen van gegevens zit ware teamvorming in de weg. ,,Daar kun je gewoon goede afspraken over maken, maar dat is vaak niet gebeurd.'' De organisatievormen van de sociale wijkteams lopen per gemeente ook nogal uiteen. Winter: ,,In de hype van het wijkteam is iedereen enorm achter elkaar aangelopen en zijn de problemen geparkeerd en omzeild.''

Verschuiving

Ook het fundamentele recht op zorg loopt gevaar door de nieuwe werkwijze, stelt collega-hoogleraar bestuurskunde Bert Marseille. Wie nu hulp vraagt, krijgt een ‘keukentafelgesprek' waarin wordt besproken wat voor hulp noodzakelijk is. Vroeger deed een burger een formele aanvraag en volgde daarop een besluit of iemand al dan niet recht had op hulp. Een besluit waartegen bezwaar ingediend kan worden. ,,Nu ontstaat een soort onderhandelingssituatie'', zegt Marseille. ,,Dat is een wezenlijke verschuiving van de verhoudingen.''


Alert blijven

Die verschuiving is niet per se slecht, maar hij is volgens de hoogleraren bestuursrecht wel risicovol. Ook door de samenstelling van de wijkteams, waarin veel verschillende private organisaties zijn vertegenwoordigd, is het vaak onduidelijk hoe en bij wie bezwaar gemaakt kan worden tegen een beslissing. Marseille: ,,Je ziet een gemeente als Amsterdam bijvoorbeeld bezwaren afschuiven door te zeggen: dien maar een klacht in bij de betreffende organisatie.''

Burgers waarderen het als de overheid met ze in gesprek gaat en niet optreedt als een afstandelijk bolwerk dat onbegrijpelijke brieven stuurt. ,,Als dat goed gebeurt is dat positief”, zegt Marseille. ,,Maar we moeten ervoor waken dat het recht niet verdampt. Want het staat gewoon in de wet dat iemand recht heeft op een traplift of een scootmobiel.''

Update: 24 juni 2015 -

Gemeente verantwoordelijk voor jeugdhulp; wachtlijsten lopen op

woensdag 24 juni 2015  |  17:49

 De wachtlijsten voor urgente gevallen in de jeugdpsychiatrie zijn veel te lang geworden. Dat zegt het centrum voor jeugdpsychiatrie in Amsterdam, de Bascule.

Vanaf begin dit jaar is de gemeente in plaats van het Rijk verantwoordelijk voor de jeugdhulp. Dat is tot nu toe zeker geen verbetering. 'Bezuiniging op bezuiniging leidt er op een gegeven moment toe dat er een kritische ondergrens wordt gebruikt en daar maak ik me wel zorgen om', zegt Muriël Bos, directeur van de Bascule. 

Al sinds 2008 is er minder geld en minder personeel voor behandelingen. Maar sinds begin dit jaar lopen de wachttijden voor specialistische zorg, zoals behandeling van dwangstoornissen, op tot wel een jaar.

Want het Rijk heeft bezuinigd toen ze de Jeugdzorg overhevelde en de overheid verwacht dat patiënten in een vroeg stadium al naar zogenaamde wijkteams gaan, maar dat doen ze niet.

De staatssecretaris liet al weten dat gemeenten de problematiek rondom de oplopende wachtlijsten zelf op moeten lossen. 'Dat betekent dat we heel goed moeten kijken of we nu onze budgetten op een goede manier verdeeld hebben en ook de goede partijen hebben ingezet voor de dingen die we doen', vindt verantwoordelijk wethouder Simone Kukenheim. 



Andere kritische geluiden over de Transitie:

Carin Wevers:

Samenwerken om te kunnen concurreren

'Gek genoeg lijken de meeste instellingen erg enthousiast te zijn over deze innovatie en staan ze te trappelen om deel te nemen.  Dat is gek want velen zijn elkaars concurrenten en dat was toch een van de redenen waarom de samenwerking nu juist zo moeizaam verliep? Waarom zou je tijd en geld steken in samenwerken met je concurrent?  En nu staat men te popelen om met elkaar om de tafel te gaan zitten?

Zijn ze ineens geen concurrenten meer van elkaar dan?

Integendeel, de concurrentie lijkt moordender dan ooit. Als de specialismen wegvallen en daarmee ook de gespecialiseerde financiering en instellingen vooral generalisten in dienst moeten nemen, waarin kunnen ze zich dan nog van elkaar onderscheiden? We zien dat instellingen nu al bezig zijn om hun specialismen af te stoten om zo te laten zien (aan hun toekomstige financierders; de gemeente) dat zij het best toegerust zijn voor deze nieuwe integrale aanpak.'

JDH: Met andere woorden, ze loochenen hun kennisbasis, omdat ze daar geen financiering meer voor krijgen en zijn nu bezig zich in te likken bij de gemeente.
Aan het einde van dit artikel spreekt Wevers van de noodzaak van het wegvallen van de concurrentie tussen de verschillende jeugdhulpaanbieders en het in dienst treden van het sociale wijkteam van de gemeente (ambtenaar worden!), als enige mogelijkheid om kwaliteit te garanderen en samenwerking tussen de aanbieders echt te bevorderen. Dit lijkt mij een uitstekend standpunt, dat goed aansluit bij ons pleidooi voor een gemeentelijke klachtenregeling, geldend voor het gehele wijkteam en niet een versnippering van klachtenprocedures richting alle participerende aanbieders in het wijkteam. (Dit is in de huidige jeugdzorgopzet juist zo’n groot probleem)


Sociaal ondernemer Daniël Giltay Veth (SoZio april 2014)

‘Samen met onder meer met Albert Jan Kruiter heb ik in mei vorig jaar geconcludeerd dat het Sociale Wijkteam vrijwel nergens de kinderschoenen is ontgroeid, en dat er nog heel wat obstakels uit de weg moeten worden geruimd wil het aan de hooggestemde verwachtingen kunnen voldoen.’

‘ ‘SamenDoen’ dreigt een nieuwe koker erbij te worden als aanpak van multiprobleemgezinnen, terwijl het idee een systeeminnovatie was om aan de enorme versnippering in het welzijn een eind te maken. 

Het verzet komt vooral van instellingen: ze zijn mordicus tegen het uitgangspunt dat de professional in het sociale wijkteam ‘specialist in het team en generalist in de uitvoering’ behoort te zijn. Het fundamentele bezwaar van de instellingen is dat door de loskoppeling van professionals en instellingen de jeugdprofessionals niet meer getraind worden in hun specialisme’.


Cecile van Houdt

‘Er zitten juridische haken en ogen aan het werken in wijkteams als het gaat om de uitvoering van de Jeugdwet. Bijvoorbeeld over de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de zorg en over de werkgeversfunctie. Dat zegt juriste Cecile van Houdt in het tijdschrift Sociaal Bestek. ‘De problemen komen als er iets mis gaat.’

‘Het probleem is dat de jeugdhulpaanbieder in principe verantwoordelijk is voor de geleverde zorg, maar zijn medewerkers niet meer aanstuurt. Want, medewerkers bepalen de te leveren jeugdhulp in het wijkteam. Gezamenlijk met andere hulpverleners zoals schuldhulpverleners van de gemeenten. De wijkteams zijn meestal geen onderdeel van de gemeente, geen onderdeel van een zorgaanbieder en geen zelfstandige rechtspersoon. De gemeente heeft wel een jeugdhulpplicht in het kader van de nieuwe Jeugdwet.’

JDH: Uit de laatste alinea blijkt heel helder dat de sociale wijkteams een juridische aansprakelijkheid hebben die in het luchtledige rondzweeft. De gemeente biedt de hulp wel aan, maar draait er niet voor op als het in de soep loopt met de sociale wijkteams. En dat is vreemd, want als je ‘dicht bij de burger’ wil staan om hulp te verlenen, dan wil je die burger toch ook recht in de ogen kunnen kijken om je te verantwoorden wanneer het mis gaat? Of trekt de gemeente als er straks wordt doorgeschakeld naar het gedwongen kader, samen met het sociale wijkteam dan zijn handen ervan af, net zoals nu jeugdzorg dat doet, met de mededeling dat het nu verder aan de rechter is om te oordelen, er aan voorbijgaand dat het hele voortraject en (manier van) dossieropbouw wel degelijk hun aansprakelijkheid is? 





Update: 17 juli 2015


Wijkteams voor zorg nog onbekend en onbemind

Patiënten melden zich eerder bij de huisarts dan bij het wijkteam
Mensen die zorg nodig hebben waarvoor de gemeente sinds januari verantwoordelijk is, gaan niet snel naar het sociaal wijkteam. Ze gaan eerder naar de huisarts. En dat terwijl het wijkteam juist een centrale rol moet spelen sinds delen van de zorg van het Rijk naar de gemeenten zijn overgeheveld. 
Slechts 10 procent van de mensen die sinds januari bij de gemeenten hulp zochten, heeft contact gehad met een wijkteam.

Voor de mensen die de afgelopen 4,5 maand daadwerkelijk zorg hebben gekregen, heeft 14 procent het wijkteam gesproken. Dat blijkt uit een onderzoek van I&O Research onder 7000 mensen. Veel mensen kennen de wijkteams niet. 

Onderzoeker Peter Kanne van I&O Research zegt dat de decentralisaties nog niet opleveren waarvoor die bedacht zijn. "Dat kan komen door kinderziekten, maar de wijkteams zijn nog niet uit de verf gekomen als dé plek waar de regie op de zorg plaatsvindt."

Keukentafelgesprek 

Van de mensen die wel met het wijkteam in contact kwamen, was ruim de helft ronduit positief. 20 procent gaf een onvoldoende. Er werd niet goed geluisterd, het contact verliep moeizaam,  er werd niet goed samengewerkt of de leden van het team werden niet deskundig gevonden.

Ook het keukentafelgesprek, een andere hoeksteen van de zorg die de gemeenten leveren, functioneert nog niet. Maar 14 procent van de mensen die bij de gemeente hulp vroegen, had zo'n gesprek. De mensen die wel een gesprek kregen, waarderen dat met een 6,8.



Update 1 juli 2014:

Beste mensen:

Hierbij de link naar een groot landelijk onderzoek aangaande het functioneren van wijkteams.


De conclusies zijn schokkend hier onder even een opsomming:

De ambities van de sociale wijkteams liggen hoog. Het onderzoek toont aan dat het maar zeer de vraag is of deze ambities gerealiseerd kunnen worden.
Alleen intensieve samenwerkingsvormen van sociale wijkteams zullen in staat zijn om de transformatie van het sociale domein goed in te zetten en door te zetten.

Niet haalbaar - niet geschoold

Ook de mate van het inzetten van De Kanteling zal daar naar verwachting een rol bij spelen. Niet gekanteld is niet getransformeerd. Daarmee is de beoogde aanpak, de verbetering van de efficiency en effectiviteit mogelijk niet haalbaar.

De helft van de sociale wijkteams is niet geschoold voor hun nieuwe werk.
Een groot deel van de sociale wijkteams is nog niet gefaciliteerd met een adequaat ICT systeem, daarnaast is er bij een groot deel van de sociale wijkteams momenteel nog sprake van een dubbele registratie

Volgens visie van de ouders zijn de verliezen de wijkteams op de volgende punten hun effectiviteit:

Met de komst van de generalist verdwijnt specifieke kennis. Een generalist wordt geacht van alle markten thuis te zijn. Dat gaat ten koste van specialistische kennis waardoor kinderen met echte problemen kans lopen te laat of verkeerde zorg te krijgen. Om problemen te voor komen kiest men dan vaak voor een oplossing die te duur is of voor drang.

Kwetsbaar

Een generalist en de collega’s in het wijkteam moeten zich transparant opstellen. Het moet duidelijk zijn wat ze in het gezin doen. Het gezin dient iedere week te worden besproken in een casuïstiek overleg. Deze punten maken een generalist en een wijkteam kwetsbaar. Zeker omdat ze constant de veiligheidslijn in de gaten moeten houden en gelijktijdig moeten werken vanuit volledige transparantie. Het hier voornoemde vereist een flinke doses zelfreflectie, een helikopterview en nieuwsgierigheid. Alles bij elkaar is de conclusie dat dit om meer kennis vraagt dan de gemiddelde HBO-er bezit.

Een goede generalist en een goed samengesteld wijkteam werkt niet vanuit kantoor maar komen bij de mensen thuis. Het is dus van belang dat hun mobiele-telefoonnummer bekend is bij de ouders en de jeugdige, niet iedereen wil dit. Eventuele terug verwijzing naar het voor-veld of een andere organisatie is lastig. Ouders en jeugdige, krijgen dan veelal te maken met organisaties die anders werken. Opeens moeten ze bijvoorbeeld weer op kantoor komen voor hun afspraken. Of moeten ze hun hulpverlener weer via de telefoniste bellen. Dit vergt een hele omschakeling waardoor het risico bestaat dat het vaak “kwetsbare gezin” te laat hulp vraagt of er vanaf ziet.

Algemene conclusie: Door het inzetten van wijkteams wordt de zorg minder effectief. Omdat het ontbreekt aan kennis hoge specialisatie aan de voorkant wordt de zorg onnodig duur. Een groot risico dat de jeugdige niet op tijd de zorg krijgt die hij of zij nodig heeft. Hierdoor wordt er van plan a naar b ,c en d gehopt met als gevolg dat ouders en kind hulpverlening moe worden en dus niet adequaat worden geholpen. 

UPDATE:26 april 2015


Telegraaf

Ambtenaar schendt het beroepsgeheim

Zondag, 26 april 2015

Medische gegevens gezin massaal opgevraagd


Amsterdam | Hans Kuitert

De medische gegevens van jongeren en hun ouders dreigen op straat te belanden, nu veel gemeenten voor zij rekeningen betalen onder het beroepsgeheim vallende gegevens willen hebben. Gemeenten kunnen dat eisen omdat de nieuwe jeugdwet de privacy slecht heeft geregeld.

De crème de la crème van jeugdzorgverleners (zo’n 300 vooraanstaande psychologen, psychiaters, kinderartsen en hoogleraren) luidt de noodklok in een brandbriefpetitie aan verantwoordelijk staatssecretaris Van Rijn.

Veel gemeenten eisen ten minste een minimaal inzicht in de zorgproblematiek van een gezin voordat de nota’s van zorginstanties worden uitgekeerd. Op de declaratie aan de gemeente, sinds 1 januari van dit jaar voor de zorg de hoofdverantwoordelijk, dienen ook medische indicaties van jongeren, en niet zelden ook van hun ouders, te staan, anders wordt de nota niet betaald. Medische gegevens mogen echter alleen worden verstrekt met uitdrukkelijke toestemming van ouders en boven de 12 jaar ook de kinderen.

Deze schending van het medisch beroepsgeheim is nu duidelijk geworden, doordat gemeenten de eerste nota’s hebben ontvangen en niet in medische of psychiatrische problematiek geschoolde ambtenaren het medische of psychologische naadje van de kous willen weten, zo blijkt uit een inventarisatie van de beroepsgroep.

Al eerder wees het College Bescherming Persoonsgegevens erop dat gemeenten geen medische persoonsgegevens mogen opvragen. Toch gebeurt het, stellen de ondertekenaars van de petitie.

Ambtenaren die het zorgbetalingsinfuus beheren gaan daarmee hun boekje te buiten. Onduidelijk is ook welke sancties er bestaan voor ambtelijk misbruik van de onder het beroepsgeheim vallende informatie over burgers. Ook is er geen zicht op de mogelijkheden deze gegevens te koppelen aan andere persoonsgegevens.

Saillant is een noodkreet gisteren van een aantal burgemeesters en bestuurders, die op de website van Binnenlands Bestuur zeggen dat veel gemeenten, waterschappen en provincies hun digitale dossiers en archieven niet op orde hebben.

Als er geen maatregelen worden genomen om digitale informatie van overheden op lange termijn toegankelijk te houden, kan dat schadelijk zijn voor burgers, ondernemers en de overheden zelf, zo staat in hun brief.

Het ministerie van VWS heeft aangekondigd de ’weeffout’ in de jeugdwet te zullen repareren. In het jeugdzorgveld hebben weinigen daar vertrouwen in. 

Privacy is een onderschoven kind in de nieuwe zorgwerkelijkheid zoals het kabinet die vorm heeft gegeven, maar de zorgverleners denken dat financiële controle van declaraties door gemeenten wel mogelijk is zonder beroepsgeheimen te doorbreken. 

Als voorbeeld geven zij de regeling die vrijgevestigde psychotherapeuten hebben opgesteld met de zorgverzekeraars. De controle wordt daarbij getoetst door onafhankelijke professionals.



Update 27 juli 2015: 

Opvangcentra voor crisisjeugd zitten tjokvol

De crisisopvang voor kinderen met psychoses, zelfmoordneigingen en andere ernstige gedragsproblemen zit overvol. Ze moeten te lang wachten op de juiste zorg, waardoor de situatie escaleert.

Als er niet snel geld bijkomt, gebeuren er ongelukken
Door extra bedden te plaatsen of elders een plek te zoeken, weten instellingen jongeren die à la minute hulp nodig hebben nog net op te vangen. Maar als er niet snel geld bijkomt, gebeuren er ongelukken, waarschuwen diverse aanbieders van crisisopvang.

Robert Vermeiren, hoogleraar kinder- en jeugdpsychiatrie en directeur patiëntenzorg van Curium LUMC, noemt de situatie 'nijpend'. ,,We worden heel vaak gebeld door instellingen uit andere delen van het land die jongeren willen plaatsen, maar zelf geen plek hebben.''

De extra toestroom wordt volgens hulpverleners grotendeels veroorzaakt door de overheveling van jeugdzorg naar de gemeenten.

Sinds 1 januari moeten wijkteams kinderen doorverwijzen. ,,Maar die functioneren op veel plekken nog niet optimaal, waardoor kinderen niet bij de juiste hulp terechtkomen.

Uiteindelijk belanden ze dan in de crisisopvang," bevestigt een woordvoerder van Jeugdzorg Nederland.


Opnamestop

Directeur Ronald Buijs van Yulius, een instelling voor kinder- en jeugdpsychiatrie in Dordrecht, vangt nu 10 procent extra kinderen op, maar krijgt daar niet volledig voor betaald. ,,De gemeentes in Zuid-Holland-Zuid hebben zelfs een opnamestop afgekondigd. Absurd! Deze kinderen zijn een risico voor zichzelf of hun omgeving. Die kun je niet wegsturen."

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zegt geen weet van opnamestops te hebben, maar gaat onderzoeken of daar landelijk sprake van is. 

Update: 30 september 2015


´Niemand weet wat werkt voor sociaal netwerk´

28 september 2015 1304 3

Er is geen zicht op de langetermijneffecten van interventies om sociale netwerken te versterken. Omdat er geen onderzoek naar wordt gedaan, aldus lector Rick Kwekkeboom van de Hogeschool van Amsterdam.

'Projecten worden soms afgesloten met een tevredenheidsonderzoekje'

'Gemeenten doen maar wat als het gaat om interventies die de sociale netwerken moeten versterken,' zegt Rick Kwekkeboom in een interview met Binnenlands Bestuur.´Er worden in gemeenten projecten opgetuigd, vol enthousiasme uitgevoerd en soms afgesloten met een tevredenheidsonderzoekje, zegt Kwekkeboom.´Maar niemand weet of het echt effectief is.'

Interventies

Verschillende gemeenten komen met verschillende interventies om sociale netwerken te versterken. Interventies zoals Buddies, Netwerkcoaches, Moeders informeren moeders, Mijnbuurtje.nl, Mantelscan, Peuter in zicht!´De lijst van interventies is lang', zegt Kwekkeboom, 'maar niemand weet wat werkt. Omdat het niet onderzocht wordt. 'Wethouders presenteren liever meteen resultaat, ze kijken niet naar de effecten op lange termijn. Want over tien jaar zit er een andere wethouder.'

Buurthuis

Uit de tevredenheidsonderzoeken die door gemeenten worden gehouden blijkt meestal dat mensen blij zijn met het project, zegt Kwekkeboom. 'Dat is op zich wel winst, maar er wordt niet onderzocht waar het succes vandaan komt en of de methode ergens anders ook toepasbaar is. Misschien ligt een deel van het succes wel in het gezellige buurthuis of aan de persoon die het uitvoert. Daar weten we heel weinig van.'


Sociale sector

Kwekkeboom: 'De sociale sector kenmerkt zich door steeds weer nieuwe interventies toe te passen. Vanuit een grote betrokkenheid en vanuit het idee dat je soms snel moet handelen, wordt er als een soort Hansje Brinker ergens een vinger in de dijk gestoken. Maar op een bepaald moment kun je je toch afvragen of je niet beter ergens een stevige dijk kunt neerleggen.'

Carolien Stam

Meer klachten rond jeugdzorg verwacht, wijkteams moeilijk te vinden
http://www.dichtbij.nl/almere/regionaal-nieuws/artikel/4194476/meer-klachten-rond-jeugdzorg-verwacht-wijkteams-moeilijk-te-vinden.aspx


Mijn dagelijkse gevecht tegen de gemeente


Gepost in Blog op 21 maart 2016 

“Ik kan het woord niet meer horen: transitie. Wat betekent het nu eigenlijk?
Een transitie is een structurele verandering die het resultaat is van op elkaar inwerkende en elkaar versterkende ontwikkelingen op het gebied van bijvoorbeeld zorg. Die staat. Maar in de zorg werkt het anders en voor velen werkt het niet. 

Gemeenten zijn vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor, onder andere, zorg aan langdurig zieken en ouderen. Een deel van deze taken hadden zij al, een deel hebben ze overgenomen van de rijksoverheid. 

Het idee is dat de gemeenten het dichtst bij de inwoners zitten en deze de zorg effectiever, met minder bureaucratie, en goedkoper kunnen leveren.

Goedkoop, veilig en adequaat. De meest gehoorde termen uit de monden van degenen die nu een indicatie moeten afgeven aan mensen die zorg nodig hebben.

Ik begeleid mensen die tegen WMO-problemen aanlopen, en in het traject van indicaties en aanvragen door de bomen het bos niet meer zien. 

Omdat ik het vreselijk vind dat een echtpaar van 85 en 82 jaar na jaren geen huishoudelijke hulp meer krijgt, en gebrek heeft aan een elektrische rolstoel voor meneer, en een luisterend oor mist. Ik kwam bij hen thuis, overzag het geheel en ben gaan bellen om te kijken of ik een keukentafelgesprek voor ze kon regelen. Dat is gelukt: er kwam een ondersteuningsplan. 

Bomvol (taal)fouten, verkeerde informatie en inschattingen, en met een eigenaardige regel er onder: bij ondertekening ging meneer er mee akkoord dat de gemeente overal zijn gegevens kon opvragen… Meneer is tegen het Elektronisch Patiënten Dossier, moest hij dit dan ondertekenen? Dat wilde hij niet, met als gevolg dat hij dan geen indicatie kreeg voor huishoudelijke hulp. Hoe kan het in de wereld bestaan dat de gemeente mensen iets laat tekenen waar zij niet achter staan maar niet onderuit kunnen?

Ik ben maar weer maar eens bellen. Meneer wilde wel tekenen dat hij akkoord ging met een aangepast ondersteuningsplan, maar niet voor het uitwisselen van gegevens. Drama, drama, want ‘zo kan de gemeente niet werken!’ Dit werd hen op deze manier allemaal wel erg lastig gemaakt. 

Die begeleidster (ik dus) moest zich er maar beter helemaal niet mee bemoeien. Fout, dat moet je niet tegen mij zeggen als ik zie dat er onrechtvaardige dingen gebeuren. 

Ik bijt me er in vast tot het geregeld is. Het is uiteindelijk geregeld, alleen de elektrische rolstoel nog niet. Het advies van een onafhankelijk ergotherapeut heeft de gemeente naast zich neer gelegd. Zij werkt namelijk vanuit de cliënt en niet vanuit de geldverstrekker, werd mij gezegd. 

Nee, er moet iemand komen vanuit de gemeente die een ergotherapeutische achtergrond heeft en de zaak nog eens opnieuw bekijkt. 

Hoezo belangenverstrengeling? Duidelijk is hier wel dat wie betaald ook bepaalt. Moet deze meneer zijn stofzuiger aan zijn looprek vast binden en dan zelf maar door het huis gaan? Nee, hier is hulp nodig. 

De aangewezen klantondersteuner van meneer wilde het toch breder zien, volgens haar is hier meer aan de hand. Niet dat ze opgeleid is om hier een oordeel over te vellen, maar vooruit, er beweegt tenminste iets.

Er volgt binnenkort een vierde keukentafelgesprek. Als dit de opzet is van het langer thuis moeten wonen omdat de zorginstellingen dicht gaan, dan weet ik het niet meer. Gedwongen verhuizen? Mensen maar laten wachten op hun voorzieningen totdat het niet meer hoeft? “Ach,” zei meneer, “als ik dood ben kost het ze niets meer, dat is ook goedkoop toch?”

Er staat nu wel een aantekening in hun systeem dat er niet meer met mij gesproken mag worden over cliënten. Uiteraard wil de gemeente een machtiging op papier en een telefonische toezegging van de cliënten dat ik hun belangen in zorgzaken behartig. Kom maar op, ik ben er klaar voor en er klaar mee! De machtigingen die ik in mijn bezit heb, stapelen zich op. Hoeveel mensen ik intussen heb geholpen met dit soort zaken? Dat wilde de gemeente ook wel graag weten. Tja, daar kan ík in het kader van de privacy geen uitspraken over doen. Maar neem van me aan: ik heb bijna een dagtaak aan het vechten tegen het lompe apparaat dat gemeente heet. Transitie? Nee, laat maar. Ik doe niet meer mee. Ik zie structurele veranderingen maar beslist geen versterkende ontwikkelingen. Alleen maar problemen, en dat kan iemand die al zorg nodig heeft nu net niet gebruiken…”

Gastblog van Conny den Heijer, @ConnydenHeijer.

7 opmerkingen:

  1. Ja, en Bjz presenteert zich inmiddels aan gemeenten als deskundige partij, en probeert de gemeenten te bewegen om de 'zorg' bij hen in te kopen.

    Als dat gebeurt zijn we terug bij af of nog verder weg:

    De gemeente verantwoordelijk maar zonder ervaring en kennis. Bjz op de bok als instituut, maar net als voorheen onvoldoende gecontroleerd, en de wijkteams ongrijpbaar en ondeskundig ..

    Wie zijn gezin en kinderen lief heeft houdt ze allemaal buiten de deur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Gevonden na een jaar zoeken (je moet wel van lezen houden). Uit alle hoeken was er samenwerking om ouders en kinderen te manipuleren, dus ook onderwijs! Het blijkt dat NL geen verantwoordelijkheid wilt nemen voor de de door hun opgezette instellingen, waar zij onze kinderen laten wegkwijnen met hun minachting voor kinderen en ouder(s).

    Afkijken bij andere landen, daar zijn ze goed in. Als het fout gaat dan kunnen ze vingertje wijzen.

    Rapport 2009
    http://www.nji.nl/nl/JeugdzorginEuropa.pdf

    Vervolg 2012.
    http://www.nji.nl/nl/Transitie_Jeugdzorg_in_Europa_versie_2_0.pdf

    The Dutch Savety Board met o.a. van Vollenhoven als panellid;
    ABOUT THE PHYSICAL SAFETY OF THE YOUNG CHILD
    Thematic study: cases of child abuse with a fatal or near fatal end (door de ouder(s))

    // In the Netherlands a few dozen children die every year as a result of abuse by (one of) their parents. The number of children of which it is known that they have died because of abuse is probably only the tip of the iceberg, because not all deaths were investigated until recently. Moreover, when the deaths were investigated it could not always be established whether abuse was involved. \\

    *************************************************************************************************************
    Wanneer gaan ze schrijven over de dode en geestelijke, fysieke mishandelden door hun toedoen?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Als het ergens om gaat dan is het “transparantie van de verantwoordelijkheid” De zekerheid dat de juiste personen op de juiste manier zullen worden afgerekend op hun fouten, en beloond worden voor wat ze goed doen.

    De eigenlijke fout in het systeem is niet dat er informatie wordt verzameld en gebruikt maar dat dat op onverantwoorde wijze gebeurt.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. http://www.onderzoeksraad.nl/uploads/items-docs/1624/rapport_kindveligheid_EN_web_definitief.pdf (helaas in het Engels)

    Weet niet zeker of ik de link van de The Dutch Safety Board had bijgedaan, hier alsnog de link naar het rapport: ABOUT THE PHYSICAL SAFETY OF THE YOUNG CHILD
    Thematic study: cases of child abuse with a fatal or near fatal end

    Het is allemaal één pot nat!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Slechte ervaringen met sociale wijkteam. Na 4x te zijn door verwezen!! Commerciële hulp gezocht en daar wel veel aan gehad. Sociale wijkteams kunnen wat mij betreft afgeschaft worden!

    BeantwoordenVerwijderen
  6. 24 februari 2016

    http://www.medischcontact.nl/Actueel/Nieuws/Nieuwsbericht/152966/Jeugdartsen-niet-betrokken-bij-wijkteams.htm

    Jeugdartsen niet betrokken bij wijkteams

    Van de jeugdartsen is 60 procent op geen enkele wijze betrokken bij de wijkteams die de eerstelijnszorg voor jeugd en gezin moeten uitvoeren nu de gemeenten verantwoordelijk zijn voor de jeugdzorg.

    Dat stelt de vereniging AJN Jeugdartsen Nederland (AJN) naar aanleiding van een enquête onder 193 leden uit 128 verschillende Nederlandse gemeenten. De AJN vindt dat de focus op preventie verloren dreigt te gaan en dat er veel te weinig gebruik wordt gemaakt van de kennis van jeugdartsen, die juist 90 tot 95 procent van de kinderen al vanaf de geboorte volgen.

    AJN-voorzitter Mascha Kamphuis denkt dat de jeugdartsen te weinig in beeld zijn bij de wijkteams – waarvan de huisarts wordt gezien als poortwachter – doordat gemeenten en andere zorgverleners het bestaan van de jeugdgezondheidszorg te veel als vanzelfsprekend zien. Kamphuis: ‘En daarmee zijn we eigenlijk onzichtbaar. Dat kan ik ook onszelf aanrekenen overigens. We hebben nooit ons best hoeven te doen om onszelf als jeugdartsen neer te zetten, waardoor we daarin niet zo kundig zijn.

    Op dit moment zijn er volgens Kamphuis geen wettelijke regels over hoe de wijkteams moeten worden samengesteld. ‘Maar ik zou wensen dat er minimumeisen komen waarin plaats is voor de jeugdgezondheidszorg en de preventieve functie die jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen kunnen hebben binnen een wijkteam.’

    Overigens heeft 40 procent van de jeugdartsen wél contact met de wijkteams. Zij zijn bereikbaar voor consultatie en 18 procent maakt deel uit van het wijkteam. Kamphuis: ‘Maar dat kan dus op veel plekken beter, al is dat geen verwijt aan de zorgprofessionals; die doen hun stinkende best. Een verklaring zou ook kunnen zijn dat de gemeenten eerst proberen de hulpverlening in orde te krijgen en daardoor nog geen oog hebben voor preventieve zorg. We hopen dat de verbinding dan later nog komt.’

    Simone Paauw

    BeantwoordenVerwijderen
  7. 2 maart 2016

    http://www.nrc.nl/handelsblad/2016/03/02/geweld-achter-de-voordeur-toch-op-de-wachtlijst-1596873

    Veilig Thuis is zichzelf aan het uitvinden. Het lastige is: dat geldt ook voor de wijkteams, …

    In werkelijkheid laat de deskundigheid van die teams inzake mishandeling vaak te wensen over, zeggen directeuren van Veilig Thuis. Wijkteams hangen geregeld aan de lijn bij Veilig Thuis – „klopt onze aanpak voor dit gezin zo?” – en ook dat kost tijd.

    BeantwoordenVerwijderen