Onderstaand stukje uit 2009 las ik in ‘Nieuws’ een uitgave van de William Schrikker Jeugdbescherming en wordt gemaakt samen met de cliëntenraad. ’Nieuws’ is geschreven voor alle ouders en jongeren vanaf 12 jaar waarvoor de William Schrikker Jeugdbescherming werkt. De teksten zijn eenvoudig gehouden zodat ook de jongsten het kunnen lezen.
De eindverantwoordelijkheid ligt bij de William Schrikker Jeugdbescherming.
Redactie Daniel Daalderop, Jaap van Arkel, Janny Nab, Elvira Draijer Eindredactie Elvira Draijer
Redactieadres William Schrikker Jeugdbescherming, Postbus 12685, 1100 AR Amsterdam.
Baas William Schrikker Groep stelt zich voor:
Mijn naam is Peter Kouweberg en ik ben sinds een paar maanden de nieuwe Voorzitter van de Raad van Bestuur, zeg maar de aller hoogste baas bij de William Schrikker Groep.
Bijna 30 jaar werk ik al in de jeugdzorg. Twee jaar geleden heb ik bij de William Schrikker Groep gewerkt als directeur Jeugd-bescherming. Dat was maar voor zeven maanden, maar ik vond het wel een erg leuke tijd.
Bij de William Schrikker Groep staan de cliënten voorop en de veiligheid van het kind. (Dat hebben we gemerkt!) Ook voor mij is contact met de cliënten belangrijk. (Voor wie dan nog meer? De gezinsvoogden soms? Niets van gemerkt!) Daarom praat ik drie keer per jaar met de cliëntenraad. Ik ben er al op bezoek geweest. Toen hebben we gepraat dat niet alle jongeren naar de cliëntenraad kunnen, omdat ze niet van het terrein af mogen.
Samen met Janny Nab, directeur William Schrikker Jeugdbescherming, zoeken we hiervoor naar en oplossing. Bijvoorbeeld als jongeren niet naar ons toe kunnen komen moeten wij dan niet eens op bezoek bij hun? En vergaderen is soms ook saai, hoe maken we dat leuker? Daar denken we nu over na.
Meer contact met cliënten is belangrijk. Dan horen wij wat wel en wat niet goed gaat. En dat is voor mij altijd goed om te weten. (Om vervolgens zaken weer in de doofpot te stoppen, of zaken te verdoezelen, ouders via maatregelen de mond te snoeren, kinderrechters om de tuin te leiden?)
Met vriendelijke groet
Peter Kouweberg
Voorzitter Raad van Bestuur
William Schrikker Groep
Ten tijde van bovenstaand stukje (2009) is Janny Nab directeur William Schrikker Jeugdbescherming.
In maart 2011 stelt zij zich voor als cliëntambassadrice bij de WSG.
We vervolgen de reeks ‘EIGENDUNK STINKT’:
“In mijn functie staat de cliënt centraal. Ik vertegenwoordig het belang van de cliënt, vandaar de naam cliëntenambassadeur. Het hebben van een cliënten ambassadeur sluit aan op de aanbeveling van de Nationale ombudsman, dhr. Brenninkmeijer, om een dergelijke functionaris in dienst te nemen."
De William Schrikker Groep (WSG) wil zich binnen de jeugdzorg nog meer gaan onderscheiden omdat zij goed omgaat met de belangen van de bijzondere doelgroep door respectvol, adequaat en snel te reageren op klachten en door cliënten eerder, meer en beter te horen. Daarmee voldoet de WSG ruimschoots aan de adviezen van de Nationale Ombudsman zoals die zijn neergelegd in de pas verschenen ‘Handreiking klachtbehandeling’. (Ik heb het de Nationale Ombudsman nog niet horen zeggen.) Op verschillende terreinen laten cliënten niet alleen vaker hun stem horen; hun stem wordt ook gehoord! (Door wie? En wat wordt er vervolgens weer gedaan? Mond gesnoerd!!)
Mondige cliënten vinden steeds beter hun weg naar de klachtencommissie, de media, Tweede Kamerleden, provincies, het ministerie van Jeugd en Gezin en zelfs de koningin. Janny Nab: "Natuurlijk weet ik dat deze uitingen soms kwetsend zijn voor gezinsvoogden en soms onterecht. Maar dat betekent mijns inziens niet dat je er niets mee moet doen." (Natuurlijk doet de WSG iets met die mondige cliënten! Kijk maar in hun Plannen van Aanpak, kijk maar naar hun verzoeken om maatregelen bij de kinderrechter. ’t Liefst plakken ze die mondige lastpakken nog vol met psychiatrische etiketten!)
De clientenambassadeur gaat zich onder andere bezig houden met de ontwikkeling van cliëntenparticipatie onder andere door het organiseren van regionale panels en andere voor de WSG nieuwe vormen van cliëntenraadpleging. De WSG heeft al jaren een goed functionerende cliëntenraad met een eigen website (http://www.crwsg.nu/ ).Ook zullen de uitkomsten van het cliënt-tevredenheidsonderzoek, dat binnenkort start, veel materiaal gaan opleveren om samen met cliënten en medewerkers een kwaliteitsslag te maken. "En daar heeft zowel de cliënt als de organisatie baat bij”, aldus Janny Nab.
Bron: Nieuwsbrief BMC
Wil je nog meer smullen van al dit lekkers? Lees nog een artikel uit 2011: ‘Peter Kouweberg, de hoogste baas bij WSG’: http://www.crwsg.nu/downloads/Nieuws_WSJB_nr5_2011.pdf
Y.B.
Terug naar Alle artikelen Jeugdzorg Dark horse
C http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.com/2012/04/alle-artikelen-jeugdzorg-dark-horse.html
Leuk om te lezen, echt humor! Vooral als je met beiden meerdere malen een gesprek hebt gehad.
BeantwoordenVerwijderenPeter Kouweberg: zegt niets te kunnen doen, want ja de gezinsvoogd beslist en die moet de fouten goed maken. Daar mag hij niet over gaan en bovendien plaatsen zij geen kinderen uit huis, dat doet de rechter.
Janny Nab; zegt niet op individuele zaken te kunnen ingaan (clientenambassadeur?) maar heeft dan nog wel de brutaliteit te vragen of ik wil meewerken aan een promotiefilm voor de WSG.
Oma A
32 296
BeantwoordenVerwijderenToekomstverkenning jeugdzorg
nr. 2
VERSLAG VAN EEN RONDETAFELGESPREK
Vastgesteld 10 februari 2010
De algemene commissie voor Jeugd en Gezin1heeft op maandag 8 februari 2010 gesprekken gevoerd over de toekomstverkenning jeugdzorg.
..
Mevrouw De Vries: "Ik ben Maria de Vries, directeur van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen. Ik zit hier namens de pleegouders. Ik wil reageren namens de pleegouders, niet namens de ouders. Ik merk dat er bij de pleegouders een grote groep ontstaat van netwerkpleegouders die zorgmijders worden omdat zij niet meer betrokken willen worden bij Bureau Jeugdzorg omdat zij bang zijn dat dan met hun kleinkind of andere kind wordt gehandeld op een wijze die zij niet op prijs stellen. Wij spreken dan niet meer over hoge of lage sociale klasse, maar over grootouders of andere bekenden van een gezin, die voor een kind willen gaan zorgen en zeggen: dat willen wij wel, maar wij willen niet te maken hebben met Bureau Jeugdzorg. Dat klassenverschil en dat motiveren gaat dus maar op tot een bepaalde grens. Daarna houdt het gewoon op. Die grens ligt vaak bij de onmogelijkheid van Bureau Jeugdzorg of een zorgaanbieder om in de samenwerking aan te sluiten bij een ouder of een pleegouder. Dat is de andere kant van het verhaal."
Cliëntambassadeur, cliëntparticipatie??
In het verleden heeft cliëntenparticipatie wel bewezen dat het zo goed als niets (en iets achteraf) voorstelt.
BeantwoordenVerwijderenBeter is het om met een echte diagnost in zee te gaan.
Of anders de jeugdzorgwerkers te laten beëdigen en aan te spreken op hun ethiek (dat geen beroepsethiek is omdat ze amateuristisch werken: zonder beroepsnormen)!
Dat heet naar BW1:162 (fatsoen in lid 2) mogelijk zelfs 'kwakzalverij'.
BW1:162 moet BW6:162 zijn: uit het zesde BW.
VerwijderenUit zaak http://www.nationaleombudsman.nl/rapporten/2011/241# bleek dat de WSG de klacht na bijna 2 jaar alsnog ging behandelen, niet de klachtonderdelen van de klager, maar door de WSG/WSJ samengestelde klachtjes. En deze werden daarop 'niet-ontvankelijk verklaard'.
BeantwoordenVerwijderenDat is geen valide klachtbehandeling!
Een klacht daarop naar deze 'heer' van het bestuur werd genegeerd en uiteindelijk - na volhouden- afgewimpeld met een geantidateerd briefje. Degelijke of kenbare motivatie (Awb3:46 e.v.) ontbrak.
Dus zelfs na een uitspraak van de Nationale Ombudsman wordt er gesjoemeld met klachten; dat is niet 'leren van klachten'.
Dit is de attitude van het bestuur van de WSG /WSJ/ WSS.
Mooipraat is geen realiteit in de Jeugdzorg.
Rechters misleiden met insinuaties lijkt de realiteit van Jeugdzorgwerk te zijn.
Het zijn geen incidentjes meer als een raadheer schrijft (in FJR, 2010, pag.248):
“…Het tweede knelpunt heeft betrekking op de uit te brengen rapportage. Aan het hof en uiteraard ook aan ouders dient te worden gerapporteerd. Rapportage van het Bureau Jeugdzorg is in het algemeen niet eenvoudig te lezen. Voor de jaarlijks uit te brengen rapportage schijnt ‘protocol’ te zijn, dat grote delen van het rapport van de raad letterlijk worden overgenomen en daarvoor, daartussen of daarachter worden de eigen bevindingen van het Bureau Jeugdzorg opgenomen. Het indicatiebesluit en het plan van aanpak zijn in de praktijk grotendeels gelijkluidend en het is soms heel moeilijk te lezen of bepaalde doeleinden nog behaald moeten worden of inmiddels al zijn gerealiseerd.
Het komt verder nogal eens voor, dat de rapportage van Bureau Jeugdzorg soms tientallen pagina's lang is en een waar zoekplaatje. Een behoorlijk geschreven verweerschrift van Bureau Jeugdzorg is dan noodzakelijk om een goed beeld te krijgen van de situatie.
Bepaalde bevindingen van raad of bureau, die in het verleden door cliënten met succes zijn aangevochten, blijven regelmatig in de volgende rapportage weer terugkomen.… Ouders stellen de vraag wat zij moeten doen om de kinderen weer terug thuis te krijgen en krijgen daarop geen antwoord of worden min of meer met een kluitje in het riet gestuurd. … Onwillekeurig rijst dan de vraag nogal eens: “is het bureau er voor de cliënten of zijn de cliënten er voor het bureau?’”…
Het zijn geen incidentjes meer als advocaten deze brief ondertekenen: http://www.peterprinsen.nl/HERZIENINGOTS.OPENBRIEFEERSTEKAMER.htm !!!
Het zijn geen incidentjes als wetenschappers buiten BJZ aangeven, dat het reguliere Jeugdzorgwerk te ondermaats is. En de nodige kennis niet bij de case matcht. Dat zou ik inspanningsverzuim van BJZ noemen, nu de BJZ's erop gewezen zijn dat het werk op de vloer schort aan doorverwijzen naar specialisten/beroepsgeregistreerden/psychiaters/psychologen; met tuchtrecht als kwaliteitsmechanisme.
Hebben zelfs deze zeergoedbetaalde bestuurders niet door dat men hen gaat doorzien? Het zijn enkel de politici en rechters die op 'geloof' nog slapen. Lees maar meer op deze site!