Pagina's

zaterdag 30 november 2013

Klemcriterium

http://klemcriterium.wordpress.com/category/wetsartikelen-bw1/bw1art-251a/  

BW1:251a lid 1:
 


Dit artikel kan ook goed misbruikt worden door BJZ, omdat BJZ enkel hoeft te beweren dat het kind klem zit. Maar dat 'klem komen te zitten' met -in feite- hulp van de gezinsvoogdij komt omdat deze gezinsvoogdij onder een Scheidings-OTS niet de passende en deskundige hulp weet te geven, er geen specialist op zet (omdat het "te duur" zou zijn, alsof OTS jarenlang goedkoper en goed voor het kind zou zijn...). Dat is op het congres over vechtscheidingen (BJAA) ook duidelijk geworden.

Het moet gezien worden onder BW1:247, lid 3 en BW1:257 tijdens Scheidings-OTS:

BW1:257 . lid 1. De stichting [BJZ] houdt toezicht op de minderjarige en zorgt dat aan de minderjarige en de met het gezag belaste ouder hulp en steun worden geboden teneinde de bedreiging van de zedelijke of geestelijke belangen of de gezondheid van de minderjarige af te wenden. 
 

2. Deze hulp en steun zijn erop gericht de met het gezag belaste ouder de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding zoveel mogelijk te doen behouden. Bij algemene maatregel van bestuur, op de voordracht van Onze Ministers van Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, kunnen regels worden gesteld omtrent de aard en de omvang van de hulp en steun.  

3. Indien het leeftijds- en ontwikkelingsniveau van de minderjarige en diens bekwaamheid en behoefte zelfstandig te handelen en zijn leven naar eigen inzicht in te richten daartoe noodzaken, zijn de hulp en steun, meer dan op het vergroten van de mogelijkheden van de ouders om hun kind te verzorgen en op te voeden, gericht op het vergroten van de zelfstandigheid van de minderjarige.  

4. De stichting [BJZ] bevordert de gezinsband tussen de met het gezag belaste ouder en de minderjarige.  

Afwachten
 
BJZ is geneigd om beide ouders schuld te geven, en af te wachten of de ouders het de 'strijd' en de 'omgang' zelf kunnen regelen, zonder deskundige hulp, zodat het lijkt of beide ouders ontheven zouden kunnen worden, als pseudo-'goed' voor een kindbelang.
 
Dat is makkelijker voor een Jeugdzorg van dit bestaand niveau, maar gaat voorbij aan mogelijkheden en belangen van het kind, ook op termijn.

Eigenlijk zouden rechters er goed aan doen om een deskundige toe te wijzen in plaats van te vertrouwen op de Raad voor de Kinderbescherming en Jeugdzorg.
 
Teamlid JDH

vrijdag 29 november 2013

Echtscheidingen en Jeugdzorg

Na omgangssabotage door één ouder, kan op zeker moment de rechter eraan te pas komen. Die vraagt aan de Raad voor de Kinderbescherming om advies middels een ondertoezichtstelling. Die krijgt BJZ en de RvdK vraagt dus het Bureau Jeugdzorg om tot een advies te komen. De BJz's klagen dat zij zo laat pas in zo'n 'vechtscheiding' betrokken raken. http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2013/11/waar-heeft-jeugdzorg-eigenlijk-wel.html

Saboteren
 

Al decennia weten deze gezinsvoogden de strijd veroorzakende ouders niet te helpen aan een bewust-worden wat ze hun kinderen aandoen, hen als wapen gebruikend tegen de andere ouder. Het kind heeft twee ouders. Die ene ouder denkt dat die andere ouder van het kind nog haar ex-partner is en gedraagt zich helaas als zodanig: verwijtend en saboterend, over de hoofden van het kind.


Ook met de experimentele methodieken die de Provinciale en grootstedelijke BJz's nu ontwikkelen, wordt niet per direct die omgangs-saboterende ouder na uitleg over de gevolgen van hun houding voor de essentiële keuze gesteld of ze voor haar ongenoegens blijft saboteren òf dat ze haar ongenoegens en andere wraak- en verwijtgevoelens weghoudt van het kind. En deze gevoelens verwerkt bij een eigen psycholoog en de ouderschappelijke verantwoordelijkheid op zich neemt het kind van belastende signalen, verbaal, non-verbaal of organisatorisch, te vrijwaren. Gezamenlijk ouderschap mag niets meer hebben van partnerschap, want dat is over; nu zijn beiden ‘ouders van het kind’. Vanuit het kind inlevend.

Geen deskundigheid
 

Op een 'BJz-academie' (congresje van hoofdzakelijk gezinsvoogden) werd duidelijk dat deze jeugdzorgwerkers zich met deze experimentele methodieken gesteund voelen. Dat houdt dus in dat ze al die tijd voordien al helemaal niet de deskundigheid in huis hadden.

Wel opmerkelijk, werd geopperd dat bij scheidingen direct een voorlichting gegeven dient te worden wat omgangssabotage in het kind veroorzaakt aan psychische ellende en loyaliteitsproblematiek.

Aangifte bij misbruik en geweld
 

Eventuele agressie en misbruik kan gemeld worden middels aangifte en dan tot het strafrecht behoren. Daar dient waarheidsvinding, maar dan wel met onderzoek door direct een passende diagnostisch specialist, die het kind, al dan niet bedreigd, met leuk-gebrachte tests diagnostisch onderzoekt. Dit is veel beter dan éénoudergezag adviseren op speculatieve jeugdzorg-gronden.
 
Om omgang op gang te krijgen, of ten minste met beide ouders in gesprek te geraken, werd voorgesteld meer artikel 258 van het 1e BW te gebruiken: een (schriftelijke) aanwijzing (Zie BW1:258 t/m 260).  
 
Op dit congres over vechtscheidingen constateerde men dat een saboterende ouder soms zeer volhardend is, waartegen niets te doen zou zijn door BJZ, geen aanwijzing en zelfs geen dwangsom of in hechtenis nemen als dwangmiddel.  Er werd gevraagd of bij die waargenomen voortgang van omgangssabotage niet de andere ouder één oudergezag kan worden toegewezen, als middel.
 
Eenouder gezag
 
Een rechter merkte op dat er niet gevraagd zou kunnen worden om éénoudergezag wegens omgangssabotage. Dat is onjuist, omdat een ouder die aan deze vorm van kindermishandeling doet al dan niet tijdelijk (tijd om tot cursus en bezinning te komen) het ouderlijk gezag kan worden ontnomen.

De rechterlijke uitspraak LJN AS6020 is daar een voorbeeld van, met het voordeel dat het kind wel in z'n vertrouwde omgeving kan blijven zolang de van gezag ontheven maar verzorgende ouder de strijd, het verwijt en de sabotage staakt, en ophoudt signalen af te geven alsof de andere ouder slecht of iets mis mee zou wezen.  

Dat ouders na de echtscheiding ook verplichtingen hebben blijkt uit BW1:247, lid 3:  

lid 1. Het ouderlijk gezag omvat de plicht en het recht van de ouder zijn minderjarig kind te verzorgen en op te voeden. 

2. Onder verzorging en opvoeding worden mede verstaan de zorg en de verantwoordelijkheid voor het geestelijk en lichamelijk welzijn en de veiligheid van het kind alsmede het bevorderen van de ontwikkeling van zijn persoonlijkheid. In de verzorging en opvoeding van het kind passen de ouders geen geestelijk of lichamelijk geweld of enige andere vernederende behandeling toe. 

3. Het ouderlijk gezag omvat mede de verplichting van de ouder om de ontwikkeling van de banden van zijn kind met de andere ouder te bevorderen. ....


BW1:266 : Mits het belang van de kinderen zich daar niet tegen verzet, kan de rechtbank een ouder van het gezag over een of meer van zijn kinderen ontheffen, op grond dat hij ongeschikt of onmachtig is zijn plicht tot verzorging en opvoeding te vervullen. (En dan kijken we naar BW1:247 lid 3).

In elk huis mogen voor het kind andere regels heersen, zoals dat ook al gezien en ervaren is bij vriendjes. Deze ouder kan ook leren hoe het 't kind niet belast met wat voor signalen ook over de andere ouder. Dat is handig om straks weer gezamenlijk gezag te krijgen!

Degelijk onderzoek
 

Wanneer deze ouder een getuigschrift van een cursus heeft gevolgd (ook aspirant adoptieouders moeten verplicht eerst een VIA-cursus volgen en zelf betalen) èn een degelijk onderzoek op niveau met bijvoorbeeld video-interactie-begeleiding (niet door BJZ) aantoont dat het goed gaat met de ouderlijke representatie (voorlevend ouderschap) dan kan het wettelijk ouderschappelijk gezag weer gedeeld worden.

Het kind heeft recht op een hoger niveau van gezondheids-hulpverlening. IVRK 24. Medisch-academisch, en gespecialiseerd. Niet via sociaal werksters met hooguit HBO of SPH.

Het valt op dat BJZ wel op bepaalde niveaus deskundig is: in bespelen van rechters en ouders. Dat gaat soms fantastisch! Een met jeugdzorg niet bekende ouder zou het eerst niet geloven, hoe deskundig dat gespeculeer in zijn werk gaat binnen BJZ!

Jeugdzorg-onderzoek bij zogenaamde 'vechtscheidingen', ca. 30% van alle cases in BJz duren te lang, waardoor kinderen lijden al die tijd.

Tekeningen 

Er worden tekeningen gemaakt, niet onder begeleiding van een orthopedagoog, maar met een gezinsvoogd/gezinsmanager/sociaal werkster--niveau.


Opmerkelijk was dat de meeste BJz's geen specialisten inzetten, omdat managen van 'vechtscheidingen' anders te zwaar zou zijn. Het valt op dat BJz niet spreekt over omgangssabotage-cases, maar van vechten, alsof er twee strijden. Een (niet verzorgende of minderverzorgende) ouder mag toch wel opkomen voor het belang van het kind om beide ouders onbelast te mogen zien en kennen?!

De ‘academie’
 

BJz denkt, zo bleek op die 'academie' in Amsterdam, dat als een omgang saboterende ouder persisteert, de andere ouder maar moet opgeven (voor het belang van het kind op te komen) en de scheidings-OTS op te heffen, "omdat BJZ dan toch niets meer kan doen". Zo erkennen de BJz's dat ze ondeskundig zijn op dit gebied.

Deze rechterlijke uitspraak (ECLI:NL:RBLIM:2013:9102) getuigt daarvan, èn van het ontbreken aan inzicht van de rechters dat jeugdzorg slechts als afvoerputje wordt gebruikt om problemen in weg te stoppen. Dat het kind recht heeft op kundiger en kind-onbelastend specialisme. "Scheidings-OTS-sen" zouden naar wet niet mogen bestaan.

Het inspanningsverzuim door ondeskundigheid inzake hulp bij omgangssabotage bij BJz, dient eveneens als een vorm van kindermisbruik te worden erkend.
 

TS (teamlid JDH)

Pieter en zijn meisjes



Amsterdam, 28 november 2013


Stel, je bent zo’n veertig/ vijfenveertig jaar en je hebt met je partner samen drie kinderen rond de puberleeftijd. Je hebt al aardig wat levenservaring opgedaan en je hebt je een identiteit gevormd als mens, als vader/moeder en binnen je sociale (werk) kring. Dan komt er op een dag een AMK-melding binnen over je gezin, of je bent omdat je jeugdzorg nog niet zo goed kent, zo stom geweest bij ze aan te kloppen voor vrijwillige hulp omdat je een opvoedingsvraag hebt bij één van je kinderen.  

Dan loop je het risico dat één van de meisjes hierboven naar je gezin wordt gestuurd om professioneel hulp te bieden. Meisjes waarbij ik zelf de behoefte voel om te vragen of ze hun huiswerk al af hebben, anders mogen ze vanavond niet uitgaan met hun vriendinnen. En dan neem ik ook hun blackberry in beslag. Bovendien zal ik hun rector eens bellen of ze ook hebben meegedaan met blowen, gisteren op het schoolplein achter het fietsenhok.  

Wethouder Hilhorst is in ieder geval heel gelukkig met zijn meisjes (nee, het zijn niet zijn kinderen) en na afloop van deze bijeenkomst heeft hij ze waarschijnlijk een aardigheidje meegegeven. Een lolly of zo.

Sven Snijer

donderdag 28 november 2013

Waar heeft Jeugdzorg eigenlijk wél verstand van?

De tiende in drie weken! 

Er worden in Nederland de meeste ondertoezichtstellingen en uithuisplaatsingen opgelegd. Het hoogste aantal in Europa. Deze uitspraak:  http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBLIM:2013:9102 is de tiende in de afgelopen drie weken die expliciet weergeeft dat HBO opgeleide hulpverleners gewoon niet in staat zijn vechtscheidingen te begeleiden.  

Dit komt voornamelijk door een gebrek aan kennis. Hulpverleners hebben geen verstand van psychopathologie, geen kennis van systemen, geen kennis van culturele aspecten en zo kan ik nog wel even doorgaan.  

Het ontbreekt hen aan alles wat academische geschoolden en opgeleiden wel hebben. Gevolg voor ouders en kinderen is dat zij de dupe worden. Zij krijgen niet de juiste hulp. De OTS heeft niet gewerkt.  

Gezinsvoogd 

De gezinsvoogd kon niet uit de strijd  blijven, blijkt uit bovenstaande casus. Toch legt de rechter, mede omdat BJZ haar wettelijke taak van het geven van hulp niet heeft uitgevoerd, gewoon nog een jaartje BJZ terreur op. Schijnveiligheid noem ik dit. Als specialisten die onder de WGBO vallen dit kunstje zouden flikken (BJz wil onder deze casus uit) dan is het huis te klein en komt er een klacht bij de Tuchtraad.  

Kinderen in vechtscheidingssituaties moeten zo snel mogelijk echte hulp krijgen. Niet van BJZ, maar van een onafhankelijke bijzonder curator en academische geschoolden die daadwerkelijk verstand van zaken hebben. Zo is bijvoorbeeld bewezen dat het inzetten van systeemtherapie en forensische mediation daadwerkelijk iets toevoegt.... Zoals het nu gaat schaadt het kinderen, want zij krijgen geen hulp en men handelt in strijd met het IVRK art.24.   

BJz en machtsmibruik 

Deze onzinnige toestanden moeten stoppen, zoals ook het verschijnsel dat BJZ regelmatig per omgaande een spoedmachtiging UHP aanvraagt als de rechtbank of  het Hof  hebben besloten dat de OTS/UHP kan worden opgeheven.. Dit is machtsmisbruik. 

D (teamlid JDH)

woensdag 27 november 2013

Het verdwaalde lammetje

Kinderliedje

Ik ken een oud kinderliedje over een weggelopen lammetje dat de weg naar huis niet meer kan vinden, omdat het te ver is afgedwaald. Twee kinderen gaan hem zoeken en wanneer ze het eenmaal gevonden hebben vragen ze het lammetje naar de reden van zijn vlucht. Het lammetje heeft inmiddels al lang spijt gekregen van zijn onbezonnen daad en geeft aan terug naar huis te willen. 

(De kinderen)

“Lammetje loop je zo eenzaam te dwalen
Over de heide, over de hei…
Hoe kom je hier toch van alles verlaten?
Bleef je niet liever daarginds in de wei?” 

(Het lammetje antwoordt) 

“Ik zocht er mijn móéóéder
Ik zocht er m'n vrinden…
Ik zocht er een plekje
om schaduw te vinden…
Oh, was ik eens thuis
Ik verliet het nooit weer
Oh, was ik eens thuis
Ik verliet het nooit weer” 

De kinderen zijn niet alleen bezorgd over het welzijn van het lammetje, maar wijzen hem ook op de zorgen die het zijn moeder heeft gegeven met zijn ondoordachte handelswijze. Stichtelijk, zoals veel kinderliedjes uit die tijd, is er aan het eind van het liedje de vermanende boodschap waar het lammetje maar eens over na moet denken. De kinderen stellen hun eigen brave en verantwoordelijke gedrag in contrast met dat van het lammetje: 

“Kom maak toch voort, wij moeten nu gaan
Moeder kijkt reeds uit waar wij toeven
Ik zou haar niet graag nog langer bedroeven
Zoals jij dat vandaag hebt gedaan
Zoals jij dat vandaag hebt gedaan" 

Eind goed, al goed. Het lammetje zal zich thuis bezinnen op zijn gedrag en met een bepaalde mate van schuldgevoel slaapt het ’s avonds tenminste in zijn eigen bedje in. Er wordt geen jeugdzorg ingeschakeld en er komt geen onderzoek naar de gezinssituatie of de familiegeschiedenis. Het lammetje had gewoon zijn dag niet. Niemand heeft ‘vermoedens’, of zorgen om een mogelijke ontwikkelingsbedreiging. ‘Shit happens’. De volgende keer moet je beter nadenken voor je iets doet en dat heeft het lammetje nu gelukkig goed in zijn oren geknoopt. Dat het verdwaalde dier zelf al zijn familie en vrienden aan het zoeken was, zegt genoeg en de ‘casus’ kan worden afgesloten.  

Wie luistert naar het kind? 

De eigen beleving van het lammetje staat in dit liedje centraal. Er worden geen hypothetische elementen door buitenstaanders aan toegevoegd. Men neemt serieus wat het lammetje zelf zegt over zijn gedrag en zijn gevoel en dat leidt tot een snelle oplossing van het probleem. Hoe ánders gaat dat bij Bureau Jeugdzorg. Kinderen die overduidelijk gehecht zijn aan hun ouders en verbaal herhaaldelijk te kennen geven terug naar hun ouders te willen, mogen niet naar huis. ‘Papa en mama kunnen niet goed voor jou zorgen’ krijgt het kind dan te horen, lang niet altijd gebaseerd op feitelijk gedrag van ouders, maar vaak op interpretaties van gedrag en ‘vermoedens’ van bedreiging.  

De drukte die een kind laat zien na een omgangsbezoek, dat duidelijk een signaal is van hechting (het moet al na een uurtje de ouders weer missen voor drie weken) wordt uitgelegd als de schadelijke invloed die de ouders hebben op het kind. Een mooi voorbeeld van een zogenaamd hechtingsgestoord kind, was het filmpje* van het jongetje Martin (broertje Willy is ook uit huis geplaatst) die onverwacht bezoek krijgt van zijn moeder, die omdat ze haar kind zo mist onaangekondigd bij de instelling verschijnt. Zodra het kind zijn moeder ziet begint het te gillen van vreugde en het kan niet wachten om zijn moeder een knuffel te geven. (Je moeder willen omhelzen, is kennelijk voor Bureau Jeugdzorg een signaal dat er wat loos is in de moeder-kindrelatie).  




Seksuele intimidatie 

Een ander voorbeeld van hoe fantastisch jeugdzorg naar kinderen luistert, is onze eigen casus waarbij onze dochter (nu drie jaar terug) duidelijk en gedetailleerd aangaf hoe ze gepest werd en seksueel geïntimideerd, waar dat gebeurde (op school), op welke locaties en door wie het gebeurde. Een specificatie en precisie waar een communicatietrainer voor zou applaudisseren, maar jeugdzorg vond het allemaal erg ongeloofwaardig. Het was toch veel logischer dat wij als ouders het probleem vormden en het ons kind allemaal hadden aangepraat? Daarom was ze ’s ochtends ook zo misselijk vlak voor het naar school gaan, daarom had ze buikpijn en was ze met geen drie paarden naar school te krijgen. Vanwege de verzinsels van haar ouders… 

Zoals bij de meeste lezers bekend, is er nooit onderzoek gedaan naar het gezin van de twee meisjes (zusjes) die de voornaamste pesters waren. Om redenen waar wij waarschijnlijk nooit achter zullen komen, mocht daar niet naar gekeken worden (Stonden ze al onder toezicht van jeugdzorg? Was het de etniciteit van de kinderen? Had de school al problemen met dit gezin achter de rug?). De traumatherapeut die later onze dochter behandelde vroeg: ‘Zijn het soms de kinderen van de burgemeester, dat er niet naar dat gezin wordt gekeken?’ Je zou het haast gaan denken. 

Het is zo makkelijk 

Begrijpelijk is het vanuit het standpunt van jeugdzorg wel. Want wat is nu makkelijker dan een slachtoffer de hoek in drijven, dat al een stempel heeft van autisme spectrum. (Daarbij niet begrijpend -want wat begrijpen de amateurs van jeugdzorg eigenlijk wél?- dat juist kinderen met een autisme spectrum stoornis heel letterlijk en feitelijk vertellen wat er is gebeurd.) Vaak met een ontroerende eerlijkheid die in hun eigen nadeel uitpakt ’Ja mama, ik heb dat gedaan. Ik heb niet geluisterd’(feit!). Is het toevallig, dat juist dit soort kinderen waarvan het meisje uit Uden het zoveelste voorbeeld is, worden benadeeld door een systeem (Bureau Jeugdzorg) dat allergisch is voor feiten? Is het een wonder te noemen, dat speciaal de kinderen die in hun onschuld precies datgene doen waar jeugdzorg de grootste moeite mee heeft, de waarheid spreken (of achterhalen) hun makkelijkste slachtoffers zijn, terwijl juist bij deze kinderen het scheiden van feiten en fictie een vrij eenvoudige opgave is? 

‘Vertrouwensarts’? 

Natuurlijk wilde jeugdzorg met het kind spreken, maar niet omwille van het kind zelf. Het kind wordt gebruikt om informatie los te peuteren dat ingepast kan worden in het verwrongen beeld dat jeugdzorg zich reeds van de ouders heeft gevormd. De vertrouwensarts gaf aan dat ze bij jeugdzorg veel ervaring hebben met dit soort gesprekken en dat geloofden wij graag. Juist daarom hebben we er ook geen toestemming voor verleend! Wist u trouwens dat de ‘vertrouwens’-arts van AMK/Jeugdzorg de enige arts is die geen beroepsgeheim heeft, omdat deze geen patiënten heeft, maar klanten? 


De puzzel opgelost 

Het is wat aan de late kant, maar wij zijn er na drie jaar eindelijk achter gekomen waar het AMK indertijd op uit was in onze casus. Door min of meer toevallig verschillende dingen uit onze casus opnieuw door te nemen en zaken aan elkaar te koppelen die we eerst enkel als afzonderlijke leugens en insinuaties hadden gezien, werd ons opeens een patroon duidelijk. Ze hebben ons verdacht van Münchausen by Proxy! Opeens vielen alle stukjes van de verstoorde puzzel op zijn plaats. Wij als ouders moesten schuld hebben, omdat de school immers betrouwbaar is, omdat het een school is (en niet vanwege de integriteit van leerkrachten of directie).  

Als het niet op de school was gebeurd, wat volgde uit de bewijsvoering dat de zedenpolitie vond dat het er op school ‘allemaal veilig uitzag’ (zonder met kinderen te spreken) dan kon het niet anders of de ouders hadden alles verzonnen. (Ja, het was een waterdicht onderzoek met onvermijdelijke conclusies). Het strookte alleen niet met de verklaringen van onze dochter, die consequent hetzelfde bleef herhalen over de gebeurtenissen op de school, die in de therapie naderhand ook weer naar voren kwamen, met aanvullende zaken waar wij opnieuw van schrokken. Maar daar heeft verder niemand iets van geweten, want het probleem (het slachtoffer) was toen inmiddels verplaatst naar een andere school, waar het vreemd genoeg meteen goed met haar ging en waar van ongewenste intimiteiten nooit meer sprake is geweest. 

Uden

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2013/11/laffe-scholen-doen-een-amk-melding-deel.html

Ook het gepeste meisje uit Uden proberen de gezamenlijke instanties nu snel weg te sluizen naar een nieuwe school, met daarbij de schuldvraag als ‘rugzakje’ voor het kind. Het is tenslotte haar eigen schuld dat ze autistisch is en dat de grote mensen haar niet kunnen beschermen. Al die irritante ‘belevingen en gevoelens’ van zo’n kind. Snapt het dan niet dat er reputaties op het spel staan? Ik vrees voor de dames en heren ‘professionals’ in de Udense klucht dat in de onbedorven kinderwereld dit soort dingen nog geen rol spelen. Maar daarover in een ander artikel meer. 

Sven Snijer  

NB. Het laatste nieuws over Martin, het jongetje van het filmpje waar ik het eerder over had, is dat hij voor de zoveelste keer uit de instelling (Lijn5 in Driehuis) is weggelopen en als vermist is opgegeven, nadat hij de afgelopen twee, drie weken al acht keer eerder weg liep. Dit mag overigens geen verrassing heten, want een jaar terug berichtten wij verschillende malen over de twee broertjes en ook toen liepen ze al veelvuldig weg. (Hoe fijn moet het in deze instelling niet toeven zijn). Eén keer werd hij gevonden op het strand op zijn sokken en één keer op een oude spoorrails op weg naar een actief gedeelte van het net.

 
http://www.vermist.nl/vermissingen/detail/vermiste/29903/                                       

maandag 25 november 2013

Laffe scholen doen een AMK-melding - Deel 2

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2013/11/laffe-scholen-doen-een-amk-melding.html

Het gepeste meisje dat op dit moment door haar ouders thuis wordt gehouden, omdat de school in Uden (Brabant) het pestprobleem niet onder controle kan krijgen, heeft zicht gekregen op plaatsing op een nieuwe school. De ontwikkelingen in deze zaak zijn gematigd positief, maar ze dienen wel met argusogen bekeken te worden, gezien de dingen die zich hiervoor hebben afgespeeld en de vele onduidelijkheden die we op het spoor zijn gekomen bij ons onderzoek.  

Het schooldossier 

Al een jaar proberen de ouders het schooldossier in hun bezit te krijgen. De school kwam hier tot nu toe niet mee over de brug, terwijl ouders hier gewoon recht op hebben. De ouders ondervonden hinder van het traineren door de school, omdat ze het dossier nodig hadden voor de indicatie-commissie (PLC) om hun kind op een nieuwe school geplaatst te krijgen. Jeugdzorg Dark horse heeft druk op de ketel gezet met een eerste publicatie over deze zaak en de aankondiging van een tweede artikel. Eindelijk kwam er beweging bij de school, hoewel de directeur aanvankelijk nog van mening was bij het eerste gesprek met Dark horse, dat ‘anderen hem niet hoefden te vertellen hoe hij zijn zaakjes moest regelen’.  

Wij hebben behalve de ouders van het meisje en de directeur van de school ook met Bureau Jeugdzorg in Oss gesproken. Naast navraag over de huidige situatie, hebben wij ons geconcentreerd op de procedure bij het tot stand komen van de zorgmelding en we hebben de casemanager en de teamleider van Bureau Jeugdzorg kenbaar gemaakt op wat voor een eigenaardige manier deze school met ouders omgaat en of het in het ‘belang van een kind’ is dat de ouders bewust worden gefrustreerd? En daarbij aangetekend of bureau Jeugdzorg zich hiervoor moet laten lenen?

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/2011/11/ouders-hebben-recht-op-inzage-dossier.html
 

Eerste artikel over deze zaak 

Het eerste artikel werd gepubliceerd op donderdag 14 november en op zaterdag 16 november kregen de ouders het eerste deel van het dossier. Vier velletjes papier, die ouders al eerder hadden ontvangen. Op maandag 18 november hebben wij meteen weer gebeld met de school en met jeugdzorg en op dinsdag 19 november werd het gehele dossier bij de ouders door de brievenbus geduwd. Van wat de ouders daarin lazen schrokken ze zich wild. Er stonden niet alleen zaken in die niet klopten, maar daarnaast bevonden zich in het dossier zeer privacy-gevoelige gegevens over een ander kind van de school. De ouders hebben de moeder van dit kind hierover in kennis gesteld, waarna deze moeder onmiddellijk verhaal is gaan halen bij de school.  

De gevraagde inhoud van de zorgmelding, die scholen verplicht zijn aan ouders te verstrekken, zat er nog niet bij, hoewel daar diverse malen door ouders om is gevraagd en onze redactie heeft de directeur van de school duidelijk ingelicht over wat scholen volgens de procedure behoren te doen. 

ZAT-teambespreking zonder ouders 

In het eerste artikel hebben wij het vermoeden geuit dat het kind mogelijk zonder medeweten van de ouders in een ZAT-team (Zorg Advies Team) is besproken en dit was inderdaad het geval, zoals ouders konden lezen in het schooldossier. Een jaar eerder (aug. 2012) waren er over het meisje zorgen besproken omtrent de thuissituatie en de ene IB-er van de school zou de andere hier nog over bijpraten. Deze ZAT-bijeenkomst, waar toestemming voor moet worden gevraagd aan ouders, werd gehouden enkele maanden nadat het pesten van het meisje was begonnen. Tot dan toe ging het meisje probleemloos naar school en waren er verder geen zorgen bekend.  

Pester afkomstig uit probleemgezin 

Dat veranderde toen er een nieuw meisje in de groep kwam, afkomstig van een probleemgezin. Dit gezin is onder toezicht gesteld (OTS) door jeugdzorg, wat bleek toen op de jaarlijkse kennismakingsavond van de school, de moeder van dit gezin verscheen onder begeleiding van de gezinsvoogd. Het meisje uit dit gezin vertoonde moeilijk onaangepast gedrag. Het was verbaal erg grof en pestte niet alleen kinderen, maar zette ook andere kinderen daartoe aan. Op enig moment was het meisje uit deze casus het slachtoffer, met het gevolg dat ze zich niet langer prettig voelde op de school en schooldagen ging missen. Met uitspraken van de pester als ‘Ik maak je dood, ik hak je kop eraf’ werd ze regelmatig geconfronteerd en ze kreeg buikpijn van de spanningen.  

Er volgden gesprekken met de directeur over het pesten, maar hoewel de school aanvankelijk een erg begripvolle houding aannam, werd het pesten niet minder. Er werd gewoon niets aan gedaan. Het gepeste meisje begon volgens de school druk gedrag te vertonen en moeder werd geadviseerd het kind bij de GGD te laten onderzoeken. Dit leek de ouders geen goed idee en in plaats daarvan lieten ze hun kind onderzoeken door een onafhankelijke psycholoog. Het meisje kreeg de diagnose PDD-NOS (autisme spectrum). Dit zou volgens de directeur verklaren waarom het meisje het pestgedrag allemaal zo zwaar opvatte. In haar ‘beleving’ was het veel erger dan in de werkelijkheid. Hoe deze beleving verder in verband stond met het daadwerkelijke gedrag van de pester(s), leek niet zo’n punt meer.  

Wel beloofde de directeur in een volgend gesprek met moeder beterschap bij het verminderen van het pesten, maar hij voegde er verontschuldigend aan toe “Je wilt niet weten uit wat voor gezin dit kind afkomstig is”. Alsof moeder het dan wat begripvoller zou kunnen opvatten. Deze verklaarde echter dat het haar niet kon schelen uit wat voor gezin het kind kwam, zolang het zich maar normaal gedroeg naar haar kind, omdat ieder kind zich aan de regels dient te houden.  

Casemanager Bureau Jeugdzorg Oss  

Op vrijdag 15 november belde Dark horse voor het eerst met de casemanager van Bureau Jeugdzorg, om ze in te lichten over deze zaak en hen te wijzen op de onwelwillende houding van de school naar de ouders. We vertelden dat het ging over een meisje met PDD-NOS, dat wat leercapaciteit betreft prima functioneert op een normale basisschool, maar waarvan het levensplezier danig wordt verstoord door een groepje pesters, waar de school niets tegen kan of wil ondernemen. 

We legden hem uit dat school de inhoud van de zorgmelding niet met de ouders had besproken, het schooldossier een jaar lang voor hen had achtergehouden en ook dat de ouders de zorgmelding nog niet hadden ontvangen. Eerder had de casemanager aan de moeder medegedeeld dat ontvangst van de zorgmelding ook niet nodig was en ‘dat ze die wel op kantoor zouden bespreken’. Dit terwijl ouders recht hebben op hun melding, anders weten ze niet waar ze zich op moeten voorbereiden. 

De casemanager was nog niet met Jeugdzorg Dark horse bekend. Wij gaven aan dit soort zaken te volgen, met name als het scholen betreft, omdat wij uit eigen ervaring weten dat niet alle scholen een zorgmelding doen met zuivere bedoelingen. En dat scholen de zorgmelding wel eens gebruiken om hun inspanningsverzuim bij een   pestprobleem op de school te maskeren. We wilden ze op de hoogte brengen dat dit wel vaker voorkomt en op het hart drukken er rekening mee te houden dat dit ook hier het geval kon zijn. De casemanager gaf aan dat als het een schoolprobleem is (pesten), het ook een schoolprobleem moet blijven en dat jeugdzorg daar dan geen rol in heeft. Wij hebben gewezen op ons  artikel over de school en het interview over onze eigen casus, waar treffende gelijkenissen mee zijn. 



De casemanager zou achter de zorgmelding aangaan en zorgen dat de ouders deze zouden ontvangen. Hij bevestigde dat de school deze dient te sturen. Over het inspanningsverzuim van school zei hij dat klachten daarover bij de school gedeponeerd moesten worden en dat Jeugdzorg daar niets mee doet. En dat is toch opmerkelijk, omdat het technisch gezien wel zo is dat jeugdzorg niets met de bejegening van een school richting ouders hoeft te doen, maar de intentie bij het doen van een melding lijkt ons toch wezenlijk van belang bij de overweging hoe met een melding om te gaan. 

Schooldirecteur, Intern Begeleider en Leerplicht 

Wij hebben nogmaals contact opgenomen met de directeur van de school om het met hem te hebben over het uitblijven van de zorgmelding. Tijdens dit gesprek gaf hij aan te zijn uitgenodigd door Bureau Jeugdzorg om bij de bespreking van de zorgmelding met de ouders aanwezig te zijn. Iets wat wij uiterst merkwaardig vonden, aangezien dit voor de ouders alleen maar nadelig kan uitpakken. Eveneens zouden de IB-er van de school en de leerplichtambtenaar aanwezig zijn, terwijl de school en de Leerplicht samen de melding hadden opgesteld! Het is erg vreemd dat je bij Bureau Jeugdzorg in het bijzijn van de melders moet gaan vertellen over je gezinssituatie.  

Tweede gesprek Casemanager Bureau Jeugdzorg 

Wij gingen hierover verhaal halen bij Bureau Jeugdzorg, te beginnen bij de casemanager. Wij vroegen hem waarom de ouders niet op de hoogte waren gesteld van de aanwezigheid van de school en de leerplicht bij het gesprek op het jeugdzorgkantoor op 26 november. Hij vertelde dat hij ‘nog geen tijd had gehad’ om het aan de ouders mede te delen en dat hij zelf ook pas ‘de dag ervoor’ de komst van de directeur (met zijn gevolg) had vernomen van de leerplichtambtenaar.  

De ouders zouden dus zonder in het bezit te zijn van hun schooldossier, zonder de inhoud van de melding te kennen en waarschijnlijk ook zonder iets te weten over de aanwezigheid van de tegenpartij, op het kantoor zijn verschenen van Bureau Jeugdzorg om daar overvallen te worden met deze zaken.  

Intimidatie van ouders 

Op de vraag of het niet heel intimiderend is voor ouders, om aan een groep beschuldigers te worden blootgesteld, antwoordde hij dat het ‘standaard’ is bij Bureau Jeugdzorg Oss om ook de melder bij het gesprek uit te nodigen, omdat ze zo ‘transparant’ mogelijk werken. Dit bevreemdde ons en wij gaven aan hier nooit eerder van gehoord te hebben, het uitnodigen van de melders tijdens de bespreking van de melding met ouders. Toen begon hij over ‘standaardformulieren’ waar deze uitnodigingen op vermeld zouden staan. Toen wij naar voren brachten dat de directeur van de school had verklaard dat hij door jeugdzorg zelf was uitgenodigd voor het gesprek, bedacht hij dat het ‘waarschijnlijk zo door de directeur was opgevat’, vanwege een tekst onderaan het meldingsformulier.  

[Het vreemde van deze verklaring is, dat het aanvankelijk de bedoeling was dat jeugdzorg het gesprek bij het gezin thuis zou houden, totdat moeder van gedachte veranderde na contact met Dark horse en te kennen gaf liever een gesprek op kantoor te willen. Toen opeens moest de hele club erbij zijn; de directeur, de IB-er, Leerplicht en mogelijk nog anderen.]    

‘Blaming the victim’ 

Wij gingen door op de intentie van de school bij deze melding en we somden nogmaals de lijst op met de punten waarop de school in gebreke was gebleven: Een jaar lang geen schooldossier opsturen, een ZAT-teambespreking over het kind niet melden aan ouders, de zorgmelding niet bespreken met ouders en deze niet opsturen zodat de inhoud ervan onbekend blijft tot aan het gesprek. Hierop wilde de casemanager die er erg ongemakkelijk van werd het gesprek beëindigen, maar niet voordat wij vroegen wat hij vond van het gegeven dat een school PDD-NOS misbruikt om alles omtrent het pesten te schuiven op de ‘beleving’ van het kind, in plaats van haar veiligheid te bieden? En of Bureau Jeugdzorg het negeren van deze dingen soms verstaat als kinderbescherming!? 

Gesprek met  de Teamleider  

In het gesprek met de teamleider van Bureau Jeugdzorg hebben wij opnieuw het hele verhaal uit de doeken gedaan. Deze vond dat wij veel te vroeg bezig waren ‘onze stekels op te zetten’ en hij gaf aan dat hij gewoon het gesprek met de ouders wilde afwachten. Wij gaven te kennen dat de ouders niet bij dat gesprek aanwezig zouden zijn, als daar ook de directeur, andere personen van de school en de Leerplicht voor waren uitgenodigd (of zichzelf hadden uitgenodigd). Wij hielden hem het intimiderende aspect voor ogen van de aanwezigheid van derden bij het gesprek en gaven hem nogmaals de hint te overwegen of de bedoelingen van de school wel zo oprecht waren, gezien de handelswijze tot dan toe.  

De casemanager had in het tweede gesprek op basis van onze informatie aangegeven dat ze ‘laag zouden insteken’ bij het gesprek van 26 november. Maar waarom waren er dan toch steeds zoveel onduidelijkheden en dingen waar ouders per toeval achter moesten komen? Werd er zo langzamerhand voor BJz niet een patroon duidelijk? 

In ieder geval niet merkbaar, want op de hem voorgelegde feiten wilde de teamleider niet ingaan. Hij draaide er voortdurend omheen en bracht herhaaldelijk de ‘goede bedoelingen’ van Bureau jeugdzorg naar voren, zonder in te gaan op de bedoelingen van de school. Hij verklaarde dat ze weliswaar niet aan waarheidsvinding doen, maar dat ze ook graag het verhaal van de ouders wilden horen. Ook wilde jeugdzorg met het kind praten, dat nog onder de twaalf is. Wij maakten kenbaar dat we de ouders zouden adviseren hier niet mee in te stemmen, omdat dat juist het moment is waarop de problemen zich kunnen verplaatsten naar de thuissituatie en de school uit het zicht verdwijnt. En dat is niet de bedoeling bij een pestprobleem dat zich op de school voordoet.  

Voor het tribunaal

Het is ouders niet aan te raden om met zo’n gesprek met meerdere partijen in te stemmen, omdat het al gauw een kwestie wordt van ‘met z’n allen tegen één’. Jeugdzorg is zelden objectief. Er wordt een schijn van evenwichtigheid gecreëerd met de mededeling dat de school en de ouders allebei hun kant van het verhaal mogen vertellen, maar deze gesprekken hebben geen basis van gelijkwaardigheid. Per definitie kan dit niet zo zijn, omdat de school de melding heeft gedaan en dus de beschuldigende partij is, zonder zelf voorwerp te zijn van onderzoek. Jeugdzorg doet uitsluitend onderzoek naar gezinssituaties. Dit betekent dat er voor een school bij zo’n gesprek niets valt te verliezen en voor het gezin valt er niets te winnen. In het beste geval kunnen ze de schade beperken bij wat er door de school over het gezin wordt gezegd of gesuggereerd. Je kunt als ouders een school wel voor een Onderwijs Klachten Commissie dagen, maar dat resulteert niet in een onderzoek naar de thuissituatie van de directeur of van leerkrachten, zoals AMK/Jeugdzorg doet bij ouders die terecht of onterecht ergens van worden verdacht.  

Onderwijs Klachtenprocedure 

Een onderwijsklachtenprocedure staat geheel los van de bemoeienis van Jeugdzorg met de thuissituatie en leidt op een heel subtiele manier af van het probleem op school. Ouders verliezen maanden tijd en energie aan deze procedure, die misschien voldoening geeft wanneer de klachten gegrond worden verklaard, maar ondertussen is het jeugdzorg-traject al veel verder. 

Klachtenprocedures zeggen niets over de kwaliteit van het ouderschap en de conclusies van jeugdzorg, gebaseerd op gegevens van de informanten (met name school) worden er niet door beïnvloed. Veel mensen zijn er ondertussen mee bekend dat ze bij jeugdzorg niet aan waarheidsvinding doen, waardoor het moeilijk is voor ouders om zich te verdedigen tegen de aantijgingen. Voor scholen die kwaad in de zin hebben is dit een uitstekende manier om het strijdperk te verplaatsen van het eigen terrein naar de gezinssituatie en bovendien kan deze ‘zorg’ nog even meegenomen worden in de verdediging voor de Onderwijs Klachtencommissie. Het staat immers erg ‘sympathiek’ en ‘professioneel’ als je zorgen uit, in plaats van rechtstreekse beschuldigingen die geen grond hebben. 

‘Melder is school, dus betrouwbaar’ 

Scholen behoren tot de belangrijkste informanten van jeugdzorg en gelden per definitie als betrouwbaar. (Noot JDH: In ons eigen AMK rapport destijds stond letterlijk vermeld: ‘Melder is school, dus betrouwbaar’).  

Ouders begeven zich met een rondetafelgesprek in een wespennest en lopen het risico, omdat er voor hen wél veel op het spel staat, dat ze emotioneel worden tijdens het gesprek en zich machteloos en gefrustreerd gaan voelen omdat ze niet weten hoe ze valse beschuldigingen moeten weerleggen.  Jeugdzorg kan hier vervolgens misbruik van maken door de emotionaliteit van ouders uit te leggen als zwakte en ‘pedagogisch onvermogen’. 

Als men bedenkt dat ouders in eerste instantie naar dit gesprek werden gelokt zonder hun schooldossier te kennen, noch de inhoud van de zorgmelding dan weet je al hoe laat het is. Het zal niet de eerste keer zijn dat jeugdzorg en een school de horloges gelijk zetten voordat er een gesprek plaatsvindt. Het feit dat de zorgmelding zolang is uitgebleven is bepaald geen gunstig teken. En de diverse onduidelijkheden over wie, wat gezegd zou hebben van de kant van de school en jeugdzorg maken het er niet beter op. Tegenstrijdige berichten die wij steeds weer krijgen, wekken de indruk dat tenminste één iemand niet de waarheid spreekt en deze ouders hebben wel wat anders aan hun hoofd dan zich bezig te houden met een ‘welles nietes’ spelletje. Hun kind heeft goed en veilig onderwijs nodig. 

‘Een andere wind gaat waaien’ 

Een schijnbare omslag komt op donderdag 21 november als de moeder van het meisje om 17:08 een mail ontvangt van de school: 





From:

To:
Subject: zorgmelding
Date: Thu, 21 Nov 2013 17:08:18 +0000

Dag heer en mevrouw ……,

U heeft gevraagd om toezending van de zorgmelding.
Ik heb vandaag contact gehad met BJZ en de leerplichtambtenaar of dit correct is om te doen. 

Helaas tot op dit moment nog geen duidelijk antwoord gekregen.

Ik doe mijn uiterste best om dat morgen te realiseren. 

Groet, 

F. (Schooldirecteur) 

Dark horse wordt gebeld 

Voordat moeder deze mail ontving, werd om 16:25 uur (een half uur eerder) een telefonisch bericht gestuurd naar de redactie van Dark horse (wij hadden onder het eerste artikel vermeld dat er een tweede artikel zou volgen). Op dat moment waren we echter niet bereikbaar.

De volgende dag op 22 november 2013 namen we contact op met de directeur en deze vertelde: ”Ik vindt het wel netjes om u even op de hoogte te brengen dat ik gisteren met de Leerplicht en de casemanager van BJz heb gesproken en gevraagd heb of wij het zorgmeldingsformulier moeten sturen. Ik heb daar geen duidelijk antwoord op gekregen.” Hij verontschuldigde zich dat hij geen ervaring had met deze dingen en dat hij nog ‘nooit eerder met het bijltje had gehakt’. Dhr. F was uiterst nerveus en leek welwillend. “Er staat niets verontrustends in de zorgmelding” verzekerde hij, “alleen dat het kind naar school moet” en verder dat ze op de school altijd transparant werken en coöperatief met ouders. Hij sloot het gesprek uiterst vriendelijk af.  

Nog steeds onduidelijkheid

Over het sturen van de zorgmelding blijft onduidelijkheid bestaan in het zoveelste gesprek met jeugdzorg. De casemanager  heeft eerder aan moeder te kennen gegeven dat indien de ouders de zorgmelding wensen te ontvangen, de school deze dient te sturen naar de ouders.

De directeur heeft hierover inmiddels contact gezocht met Jeugdzorg, dus hoe kan hij blijkens zijn email dan nog steeds niet weten wie de melding moet sturen? Om een moeilijk gesprek kort te sluiten geeft de casemanager Jeugdzorg Dark horse de verzekering dat de ouders diezelfde dag nog de melding zullen ontvangen. ’s Avonds wordt de zorgmelding door de brievenbus gegooid.  

[Dat de directeur naar eigen zeggen nooit eerder ‘met dit bijltje heeft gehakt’ is niet waar, omdat hij een paar jaar terug al een zorgmelding deed over een kind dat werd verdacht van handtastelijkheden. Het zusje van dit kind is naderhand door Jeugdzorg uit huis geplaatst, dus de directeur moet heel goed op de hoogte zijn van de mogelijke implicaties van zorgmeldingen.]  

Privacy gevoelige informatie 

In het schooldossier dat moeder uiteindelijk in handen kreeg, staat expliciet beschreven hoe een kind dat met voornaam wordt genoemd seksueel gedrag vertoont in de klas en daarbij haar eigen kind wil betrekken. Als moeder het schooldossier niet had opgevraagd zou ze hier niet van op de hoogte zijn geweest, want hier is nooit met ouders over gesproken. Moeder geeft aan geschokt te zijn zulke persoonlijke informatie over een ander kind te lezen in het schooldossier.  

Bij de vermelding van de ZAT-teambespreking waar zij tot een week terug nog niet van op de hoogte was, staat niet beschreven wie er van het ZAT-team aanwezig waren, wat er precies besproken is en hoe de conclusie luidde. Het enige wat wordt vermeld in het dossier is een algemeen ‘zorgen over de thuissituatie’. Het schooldossier vermeldt ook nog een gesprek met een maatschappelijk werkster waar moeder geen enkele weet van heeft en de datum hiervan en het gespreksverslag dient de school samen met de inhoud van de ZAT-bespreking dus nog aan ouders te overleggen.  

Binnenkort deel 3 in de serie: ‘Laffe scholen doen een AMK-melding’

Moeder heeft een twitter account:

@Daniellevdburgt


Sven Snijer
Ranada van Kralingen